United States or New Zealand ? Vote for the TOP Country of the Week !


M. A. Stein verzekert, dat er reeds sprake van is in oude kronieken, moet men afzien van het mooie sprookje van een Kaschmir, waar oudtijds alleen helden woonden, die allen zoo dapper waren omdat ze broeken droegen. Maar ge begint al onder de voorbijgangers verschillende typen en kleederdrachten te herkennen.

Als hij aan de eerste lezing van Iphigenie werkt is hij bezig, in zijn kwaliteit van minister, recruten te keuren en hij aanschouwt veel ellende van dichtbij. Dit noopt hem tot zijn minnares Von Stein de volgende ontboezeming te richten: "....hier wil het drama niet vlotten; vervloekt! de koning van Tauris moet spreken alsof er geen enkele arme kousenwever in Apolda hongerde".

Ook vrouwe Von Stein had medelijden met haar voormaligen vriend, die misschien in de vergiftigde omgeving van "dat mensch" zou sterven. Maar dat mensch verzorgde hem, gelijk geen ander het had kunnen doen, en toen hij, eindelijk door de crisis heen, haar, zijn "lieve kleine", en zijn zoon ontwaarde, schoten de tranen hem in de oogen.

In de enkele regels, hier bedoeld, zegt Vrouwe von Stein dat zij alle liefde tot het leven had verloren totdat ze hém ontmoette; en dat ze vreest hem kwellingen te zullen aandoen.

De leden van den Tugendbund met von Stein en zooveel anderen aan het hoofd bekommerden zich hierom echter niet; die bond trad op met volle kracht; hoe meer de Russen naderden, hoe meer Eugène met zijn handjevol troepen achteruit gedrongen werd, hoe hartstochtelijker de volksgeest ontwaakte.

Niet minder ijverig legde men zich toe op de studie en de opheldering der geschiedenis van het eigen volk en van het vaderland. Zelfs de Duitsche Bond eischte dien arbeid, doordien hij het, reeds door den grooten Duitschen Stein opgevatte denkbeeld, ter daarstelling eener authentieke verzameling van alle bronnen der Duitsche geschiedenis, hielp verwezenlijken.

De poëzie lijkt hem zijn kwade geest, die hem weglokt van zijn plichten, een schuimende waterval, wiens kracht hij moet aanwenden om er een molen mee te drijven, maar die telkens buiten zijn bedding treedt om molen en graan weg te spoelen. Alleen met Vrouwe von Stein onderhoudt hij nog vriendschapsbetrekkingen.

Maar die geïdealiseerde karthuizer is een monnik op het geduldig papier; en zoo Erasmus te Stein en in het klooster Emmaüs gebleven was, dan ware voor het leven zijn lot dat van een monnik der werkelijkheid geweest. Niet om nieuwe banden of om bandeloosheid was het hem te doen, maar om vrijheid.

Tot groote ergernis van vrouwe Von Stein, die hij zijn dank voor de betoonde belangstelling liet overbrengen, vertoonde hij zich met Christiane en kind in een open ar, en bij verschillende feestelijkheden aan het hof liet hij haar meegenieten; toen nu de kleine August mét den hertog in een allegorischen optocht een rol had gespeeld, bleef tegenbezoek van de vorstelijke familie niet uit.

Men behoeft niet eens Goethes meening omtrent de onderlinge aantrekking van menschen te deelen, om aan te nemen dat een vrouw, nog hooger dan Ottilie begaafd, zich kan schenken aan een man, nog lager aangelegd dan Eduard. Ieder heeft dit in eigen omgeving meermalen ervaren; Goethe had in het echtpaar Von Stein een sprekend voorbeeld hiervan jarenlang voor oogen.