Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 3 juni 2025


Zóo schemert, als de ziel op raadslen peinst, En voor de duisternis dier raadslen deinst, Ons de gedachte, waar geen licht wil schijnen. O, denkend hoofd, in uw gepeins verward! Het schoone denkbeeld wortelt in het hart: Voor ’t liefdelicht moet raadselmist verdwijnen!

Bovendien, de vigilante ook terug in den nacht zal minstens drie gulden kosten, plus de verschillende fooien! En dan de praktijk! Nee, peinst Helmond voort: Eva weet er nu toch niets van; als ik 't maar aanstonds afschrijf, en later als reden opgeef bijvoorbeeld vrouw Sturk, 't geen immers mogelijk is, dan zal alles wel goed zijn.

Uiterlijk, wat schoone verschijning! Het koeltje waait de klapperende linten te gelijk met een paar vlekjes van de blonde haren los en uit het aangezicht, dat de frissche blos er te frisscher door zichtbaar worde, en jaagt de kleederen vaster om de gestalte, dat zij zich sterker teekene in haar schoonen bouw. Wat peinst deze allerfatsoenlijkste en welopgevoede jonkvrouw over de machine?

Derhalve heet de ziel zoolang gezond, als zij de organen des lichaams goed weet te gebruiken, maar als zij, wanneer haar boeien eindelijk verbroken zijn, zich in vrijheid tracht te stellen en als het ware over het vluchten uit dien kerker peinst, dan noemt men het waanzin . Is dit soms het gevolg van een ziekte en een gebrek in de organen, dan is het volgens aller eenstemmig gevoelen ongetwijfeld waanzin.

Straks in de lanen van het landgoed De Poel was het, ofschoon geen donkere nacht, toch in geen geval helder. Mijn Eva ziet scherp en met onbevangen blik, peinst Helmond, terwijl hij in het dommelig zwart voor zich heen staart: Onverstandig, berispelijk zelfs was haar overmoed; maar ongelijk, inderdaad ongelijk heeft ze niet.

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek