Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 mei 2025
De Ooruil is geen trekvogel; hij blijft gedurende het geheele jaar zijn broedgebied bewonen; hoogstens zwerft hij vóór den paartijd zonder doel of regel rond. De Ooruil geeft de voorkeur aan bergstreken, omdat deze hem de beste schuilplaatsen verschaffen; maar bewoont ook vlakten, vooral die, welke met groote wouden bedekt zijn.
Voor zoover men weet, broeden alle Duiven meer dan eens in het jaar. Het nest wordt op verschillende plaatsen gebouwd: te midden van de twijgen van boomen en struiken, soms hoog, soms laag boven den grond, in holen van 't gesteente en gaten van boomen, op dikke takken, op afgeknotte stammen, zelden op den vlakken grond. Het is slecht gebouwd van eenige weinige dorre twijgen, die onsamenhangend en slordig opeengestapeld zijn; dikwijls is het zoo los ineengevoegd, dat men niet begrijpt, hoe het weerstand kan bieden aan weer en wind. Het nest bevat witte eieren. Gedurende den paartijd streeft de doffer zeer ijverig naar de gunst van de duif. Beide ouders houden zich met het broeden bezig; de doffer vervult zijn taak niet zonder morren, omdat het stilzitten hem hoogst onaangenaam schijnt te zijn. Nadat de eieren 14
Zóo bitter was zijn haat, dat hij in 't najaar vrouwenkleeren aantrok, en zich voor iedereen belachelijk maakte, alleen om ze onder schot te krijgen, als ze het koren op de velden wegvraten. Hij vervolgde ze in den paartijd op 't veld in 't voorjaar, om ze dood te slaan. Hij zocht hun nesten in den zomer, smeet de scheeuwende, veerlooze jongen er uit en verbrijzelde de halfuitgebroede eieren.
Alle dieren van deze soort, mannetjes, wijfjes en jongen, dragen buiten den paartijd een buitengewoon bescheiden, muschkleurig kleed; het wijfje behoudt dit voortdurend; bij het mannetje verandert het tegen den broedtijd geheel en al, niet alleen wat de kleur, maar ook wat de gesteldheid der veeren betreft.
Volwassen Vossen "blaffen" alleen, als er stormachtig weer op til is, bij onweders, bij felle koude en in den paartijd; de jongen daarentegen schreeuwen en keffen telkens als zij honger hebben of zich vervelen.
De meeste soorten werpen, naar het schijnt, ieder jaar meer dan éénmaal jongen. Vóór en na den paartijd houdt het mannetje zich dikwijls geruimen tijd bij het wijfje op; ook helpt hij haar wel bij het bouwen van de meer of minder kunstige woning, waarin zij later haar kroost zal verzorgen. Het aantal jongen in iederen worp wisselt af van twee tot zeven.
Zij zijn goed ter been en kunnen, als zij willen, in het hardloopen bijna met ieder ander Hoen wedijveren; zij vliegen echter slecht en doen dit daarom slechts in den uitersten nood. In lichaamsoefeningen schijnen zij geen behagen te scheppen; zelfs gedurende den paartijd gedragen zij zich rustiger dan de andere Hoenderen.
Haar heesche stem klinkt als "sjak" of "krak", welke beide klanken dikwijls verbonden worden tot "sjakerak". Deze geluiden dienen als loktoon en waarschuwingsroep; de intonatie verschilt, al naar de beteekenis, die er aan gehecht wordt. In de lente, vóór en gedurende den paartijd, babbelt zij uren achtereen en laat een verbazingwekkend aantal gelijksoortige en toch verschillende geluiden hooren.
Bovendien merkt men bij hem een bij de Robben ongewonen moed op. Evenals met hunne vijanden vechten zij ook met elkander zeer verwoed; dit geschiedt echter alleen in den paartijd, die gewoonlijk in de laatste maanden van de lente valt.
Dat zulk een doldriftig dier niet verdraagzaam kan zijn, is licht te begrijpen. De jongen willen, zoodra hun eerste jeugd voorbij is, niet meer bij de moeder blijven; de mannelijke Hamster bijt het wijfje dood, als hij haar buiten den paartijd ontmoet.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek