Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 juni 2025
Zelfs is er iets wanstaltigs in de bij hen en bij haar niet zelden voorkomende vermenging van voorvaderlijk en nieuwerwetsch. Wie kan zonder meesmuilen eene boerin aanschouwen, op wier hoofd eene superpositie heeft plaats gehad van valsch haar, gouden oorijzers, eene kanten muts met afhangenden kap, en een strooijen hoedje met breede linten naar op drie na de laatste mode?
In het Friesch-museum te Leeuwarden zijn de verschillende verwordings-vormen van het friesche oorijzer bijeengebracht en in de catalogus, door den conservator Mr. Uit deze serie blijkt in ieder geval om hier zoo min mogelijk op historisch terrein te komen, dat het friesche oorijzer thans belangrijk breeder is dan het vroeger was, dan een van de andere oorijzers die in Nederland ooit geweest zijn.
Hier ziet men den stroom, die onafgebroken door de beide ingangen der Waag op- en afvloeit: boeren en boerinnen uit Waterland, uit Sloten, uit Amstelveen, uit Weesperkarspel, uit Diemen, uit het Gooi en het Sticht, met hunne bonte en rijke kleederdracht, met de keur van gouden en zilveren oorijzers en bloedkoralen snoeren, die voortbrengselen van hun landbouw ter markt komen brengen: koopers, die hun gading komen zoeken.
Aan weerszijden blinken daar hand-lange zilveren ornamenten in lier-vorm tegen, dubbele, van elkander afgewende spiralen aan langen stengel; het linksche ornament naar voren, het rechtsche naar achteren gericht. Deze "oorijzers" en de blauwe kegel-kap, die zij in fatsoen houden, vormen een even schilderachtigen als vreemden hoofdtooi.
De naam van het oorijzer schijnt vast verbonden aan den naam van het metaal, waaruit de oudste ringen vervaardigd werden: het ijzer. Men hoort ook "hoofdijzer", of kortweg "ijzer". Maar in werkelijkheid worden ijzeren oorijzers nergens meer gedragen. Thans zijn ze van koper, verguld koper, zilver of goud. Het verspreidingsgebied van het oorijzer is vrij groot.
Ook ziet men bij begrafenisplechtigheden nog merkwaardige drachten, de mannen in lange jas en hoogen hoed, zooals dat ook in Staphorst nog het geval is. Al die groote strooien hoeden die de vrouwen zoowel in Friesland als in Hierden, Staphorst en op Walcheren tot voor een generatie terug nog boven hun mutsen en oorijzers droegen zijn "uit de mode" gegaan.
De oudste vorm der oorijzers was dan ook de volle ongebroken ringvorm. Deze vorm was wellicht in 1600 nog niet geheel buiten gebruik gekomen; althans op een afbeelding van Waterlandsch landvolk uit het jaar 1611 draagt een boerenmeisje nog zulk een hoofdring onbedekt over haar en voorhoofd; zie L. Splitgerber, Boerenkleeding omstreeks 1600, in De Oude Tijd 1874.
De laatste oorijzers en suikerschep-hoedjes zullen van de hoofden der vrouwen verdwijnen; daar zal geen onderscheid meer zijn tusschen de dracht der lieden van het Noord-Hollandsche land en die der menschen uit de wereldstad. Noord-Holland van het Y tot de noordpunt, mitsgaders de eilanden, zal geannexeerd worden door het Koninkrijk Gods.
In Vlaardingen en Maassluis droegen tot in het midden der 19e eeuw de vrouwen, ook uit den deftigen stand, nog mutsen met lange, over de schouders hangende strooken, evenals in het Over-Maasche gebied, en oorijzers met krullen of boeken.
Het Friesche oorijzer was oorspronkelijk een ring, zooals nog de Zeeuwsche benaming "beugel" of "hoepel" getuigt. Inderdaad leeft in de Friesche oorijzers nog voort de Oudgermaansche hoofdband of diadeem; dit is bepaaldelijk betoogd door den Frieschen oudheidkundige J. H. Halbertsma in zijn opstel over Den Ring van Epe, Overijsselsche Almanak 1849.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek