Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 mei 2025
Alles boven en beneden beweegt, loopt of slingert met koortsige snelheid; het is eene oneindigheid van rollende assen, van wentelende wielen, van knarsende radertanden, van vluchtende riemen, van wandelende spinmolens, van draaiende spillen.
Aan de andere zijde daalde het veld omlaag, langzaam in breede statige helling, om uitzicht te geven in een witte oneindigheid.
Vidar sprak echter geen woord, maar keerde langzaam terug naar zijn paleis Landvidi, in het hart van het oorspronkelijke woud en, daar, op zijn troon zittend dacht hij lang na over eeuwigheid, toekomst en oneindigheid.
In het eerste deel hebben wij Faust, teleurgesteld in zijn oneindige verlangst naar kennis, zich zien storten in het levensgenot: door de oneindigheid, die hij in zich beseft, heeft eerst zijn natuurweten schipbreuk geleden. Daarna in het leven gekomen, leed zijn genieten dezelfde schipbreuk op de onvoldaanheid zijner hoogere natuur.
Je moet toch een verband houden met de oneindigheid! al is dat een groot woord. Dat is hun ramp geweest en heeft hen op den verkeerden weg gedreven. Ze willen hun kunst opsluiten in die verzameling van dogma's dien band van dogma's willen ze om hun kunst slaan. Dat heeft mij van hen verwijderd.
De één-en-twintig kanonschoten en eenige illuminatie langs de muren van het gouvernementsgebouw besloten de vermakelijkheden van dien gedenkdag, die zoo levendig en druk en in oprechte vreugde wordt gevierd in Frankrijk, en die hier in dit afgelegen hoekje van het vaderland, verloren in de oneindigheid van Engelsch Indië, zoo triest en saai was.
Het specifiek moderne gevoel van het individu, eenzaam en een wereld op zichzelven, verwrong zich bij hem tot ziekelijke overdrijving, waanzin. Zijn Godsidee was de projektie van dit grenzelooze ik in de oneindigheid, de verheffing van den mensch, de synthese van al zijn krachten, alle samenwerkende emotie's van zijn eigen wezen, de sublimatie en uiterste expansie der persoonlijkheid.
Zoo stijgt er en drijft er de ziel van den dichter, waar hij stormt en juicht en weent en mijmert, eenzaam onder de blauwe oneindigheid, wijl om hem, en langs hem en onder hem, de rijkdommen zijn, veelkleurig, veelvormig, maar onder zijn hooge stemming verzonken en schier vergaande, gelijk de zoovele gebrokenheidjes geworden van het leven binnen in hem.
Hier niet meer de gratie van Quimperlé of de schilderachtigheid van Pont-Aven; maar in ernstige lijnen en donker groen zijn er de wegen en de dalen getrokken, alles uitloopend op het witte strand en de blauwe oneindigheid der zee.
Voorwaar, er zal geen ik-zegger zijn buiten God. De mensch zegt: ik wil, maar in hem wil de Eeuwige. Wie zijn Zelf vatten wil, zijn hand tast in de oneindigheid. Inwaarts tuurend door-ijlt onze blik de grondlooze in zich kookerende verschieten, al heller en inniger, waaraan geen einde is. Ik riep omhoog als een eenzame zonder verwachting Hoezeer heeft het antwoord mij beschaamd!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek