United States or Tuvalu ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wat voor onbeholpen nonsens gooit u er nu toch uit?” „Hij heeft gelijk,” viel de griffier Heerbrand in, „die kerel, die archivaris is vervloekt een salamander, die uit zijn vingers vuursnippers slaat, die iemand gaten in zijn overjas branden als gloeiende zwam.

Deze openingen weet de IJsbeer, die onder de oppervlakte van de zee voortzwemt, met groote scherpzinnigheid te bereiken; de gevreesde kop van den verschrikkelijksten vijand der onbeholpen Zeehonden vertoont zich plotseling, als 't ware in hun eigen huis, in den eenigen gang, waardoor zij anders misschien hadden kunnen ontvluchten.

Als zij zich langzaam beweegt, is haar gang eenigszins log en onbeholpen en haar houding niet fraai; zoodra echter haar aandacht getrokken wordt door een dreigend gevaar en zij op de vlucht gaat, is zij als 't ware een geheel ander dier geworden.

Zijn gang is bijzonder snel en bestaat uit opeenvolgende kleine sprongen; het dier is echter niet onbeholpen, maar tamelijk behendig. Als het rust, heeft het gewoonlijk alle vier pooten gebogen en is de romp plat tegen den grond gedrukt; het kan echter ook overeind zitten op de achterpooten. Bij 't eten brengt het zijn voedsel met de voorpooten naar den mond.

Zij verzetten hunne pooten bij 't gaan overkruis en hebben daarbij geen bevallige houding, daar zij den hals ver vooruitsteken en den kop laten hangen. Hoewel zij tamelijk ver springen kunnen, geschiedt ook deze beweging veel minder sierlijk dan bij de overige Antilopen, maar veeleer plomp en onbeholpen.

Het is eene soort van wassen pop, die door den tijd geelachtig bruin is geworden; het beeldje is overigens plomp en onbeholpen en bij uitnemendheid leelijk, en mist ten eenemale het naïeve, innig vrome gevoel, dat zich uitspreekt in de schilderijen van Lucas, den candiootschen schilder uit de twaalfde eeuw, wiens werk door geheel Griekenland algemeen op naam wordt gesteld van den Evangelist Lucas.

Papa en mama De Boogh stonden er wat onbeholpen bij, ze hadden hun houding in de leege kamerruimte nog niet gevonden, Jan gaf haar een hand, Rie en Willem waren er nog niet. Maar wèl Paul.... Ze zag hem nu pas. Hij stond stil voor een van de hoog-open ramen, bescheiden op een afstand, keek naar haar.

Zie hem aan tafel, waar zijn helder gelaat, zijne slanke figuur en vlugge bewegingen eene zoo scherpe tegenstelling vormen met de vuil donkere kleur, de vormeloos plompe gestalte en de onbeholpen traagheid van den neger-bediende.

Evenals deze zijn zij in staat om half fladderend, half loopend over een beweeglijke laag van drijvende planten te rennen. Zij kunnen zeer goed zwemmen, en gaan, evenals het Waterhoentje, dikwijls en gaarne te water. Zij maken ongaarne van hunne vleugels gebruik; zij fladderen een eindweegs onbeholpen voort en keeren dan schielijk naar den grond terug.

Zij houden zich gedurende het grootste deel van hun leven met klimmen bezig en gaan zelfs om te slapen in de houding, die zij gedurende het klimmen aannemen, aan een loodrechten wand hangen, n.l. aan de binnenste oppervlakte van een holte in een boom. Op den bodem dalen zij zelden af; wanneer zij het doen, huppelen zij hier met onbeholpen sprongen rond.