Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 5 juli 2025


In het kort komt hetgeen ik vernam hierop neer: In 1844, het jaar, dat in verschillende heilige geschriften is aangeduid, als het jaar, waarin een nieuwe profeet zou verschijnen, verklaarde een jonge man van 25 jaar, Mirza Ali Mohammed, in de stad Shiraz, in Perzië, dat hij de menschheid een boodschap van God had te brengen, dat hij daarvoor door God was geroepen.

De gouverneur had den wensch te kennen gegeven, zich aan het hoofd zijner troepen te laten photografeeren; er was bepaald dat ik daartoe heden morgen naar het paleis zou gaan, maar de aanhoudende, uitputtende aanval van koorts maakte dat onmogelijk. Marcel heeft den toestel genomen en zich naar de citadel begeven, vergezeld van Mirza Bozorg, den vertrouwden secretaris van Zijne Excellentie.

Maar Doeske deed alsof ie 't niet hoorde. 't Was al over den tijd dat de jonge baas moest thuiskomen, dat wist hij zeker, en met het neusje schuins ter zij, even jankende, komt het voorpootje weer vooruit, en krabt hij opnieuw uit al zijn macht. "Foei, Mirza!... Zoek dan den baas!" roept Frau Remse, en legt op dat laatste een bijzondere klem.

Waarom vliegt Mirza gedurig als half waanzinnig door 't kleine huis, den winkel uit, de gang door, naar boven, 't kamertje van den jongen baas in; snuffelend en jankend, straks met den mooien staart tusschen de beenen weer naar beneden; de achterkamer binnen, onder den stoel van den goejen baas, óp dien stoel, driemaal ronddraaiende als waande hij dat men zich zoo verschuilen kon?

Aanstonds werden de boeren voor den rechter ontboden: zij waren zeer ontroerd en trachtten met overvloed van woorden hunne onschuld te betuigen. De ket khoda beval toen aan zijn mirza, vijf juist even lange twijgjes af te snijden van een granaatboom, die, zooals ieder weet, met wonderbare krachten begaafd is.

De jonge prinsen Bahram Mirza en Akhbar Mirza spelen voor tolk, en toen de officiëele complimenten zijn gewisseld, neemt het gesprek een vrijen en belangwekkenden gang. Zil es Sultan, die nooit uit Perzië is geweest , is goed op de hoogte van de europeesche politiek. Hij weet, hoeveel milliarden wij aan Rusland hebben geleend en vertelt ons anecdoten over onze staatslieden.

Voor hij heenging noodigde Mirza Salih Khan die gedurende zijn verblijf in Europa een kok uit Shiraz liet overkomen en hem een jaar in de leer deed bij Bignon, ons tegen overmorgen ten eten. Tevens nam hij op zich, ons bezoek aan te kondigen bij Çahabi Dinan, onder-gouverneur van Farsistan en voogd van den jongen zoon van den prins Zelleh Sultan.

In de woning gekomen, heeft de gouverneur in den salon plaats genomen en met blijkbaar welgevallen geluisterd naar het gedicht van den mirza, waarin de burgerlijke en militaire deugden van den doorluchtigen bezoeker worden verheerlijkt in de uitgezochtste en verhevenste bewoordingen, aan Sadi en Firdoesi ontleend.

Eindelijk zagen wij een man in de verlaten straten. Hij bracht ons op de vriendelijkste manier naar het huis van Mirza Taki, den engelschen agent, waar wij de groote voldoening smaakten, droge kleêren te kunnen aantrekken.

De stam van de Kejani's verdween langzamerhand; op het eind der 18de eeuw werd de stam der Nahrveï's uit Beloetsjistan uitgenoodigd, zich in Seïstan te vestigen, om een tegenwicht te vormen tegen de Sjahreki's en Sarbandi's. Tegen 1850 werd Ali khan, het hoofd der Sarbandi's, schatplichtig aan Perzië en verkreeg de hand der dochter van Bahram Mirza, een bloedverwant van den shah.

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek