Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 juli 2025
Swine is de byzonder-friesche uitspraak van den oud-germaanschen mansnaam Swind, Suint, welke naam vlugheid beduidt. Ons hedendaagsch woord gezwind stamt met dien naam van den zelfden wortel af. Even als Swyn, Swîn, voor Swind, zoo zeggen de Friesen ook wîn voor wind, fine voor vinden, Hînljippen, voor Hindeloopen, enz.
Zulke namen zijn: Arkenbouts, Bloemarts, Ganglofs. De mansnaam Arkenbout is nog als Archimbald in Engelland in gebruik. Bloemaart, Bloemhart, Bluomhart, een oude, schoone naam, al wordt hy in geen der my bekende lijsten van nederlandsche namen vermeld, is in Friesland althans nog niet geheel uitgestorven.
Zie hier een lijstje van die, welke my voorgekomen zijn, enkel in de Nederlanden: Johannesma dit is de eenige onder al die geslachtsnamen, welke den mansnaam nog in den vollen, oorspronkeliken, onversletenen form heeft, Johansson, Johansing, Johanninck. Enkelen van deze namen zijn my slechts zelden voorgekomen, en worden, voor zoo veel my bekend is, slechts door eene enkele maagschap gedragen.
Guldemond of Goudemond is een bynaam voor een zeer welsprekend man. Deze namen zullen wel geformd zijn in navolging van den griekschen mansnaam Chrysostomus, die eveneens gouden- of guldenmond beduidt; immers recht volksaardig is deze naam by ons niet. Hazelip is een naam voor de bekende misforming, splyting, der bovenlip.
Dat Banga echter niet van Banninga, niet van den mansnaam Banne komt, maar van den mansnaam Baue dat deze geslachtsnaam versleten is uit het oorspronkelike Bauwinga of beter Bauinga, blijkt uit den form Bawnga, waar onder deze naam voorkomt in eene oorkonde, die in de friesche taal opgesteld is en van 't jaar 1493 dagteekent.
Al deze oude formen van vadersnamen hebben aan hedendaagsche geslachtsnamen oorsprong gegeven. Een andere, onder de germaansche volken nog oudere form om van mansvóórnamen, van de vóórnamen of enkele namen der vaders, toenamen voor de kinders af te leiden, bestond hierin, dat men den lettergreep ing achter den oorspronkeliken mansnaam plaatste.
In de 16de eeu vinden wy te Brugge den geslachtsnaam Den Dene. Ook de geslachtsnamen Daane, Daene, Danen, met het hoogduitsche Daehne, zoude men eveneens hier toe kunnen brengen. Het is dus evenzeer mogelik dat deze vlaamsche patronymika aan dien mansnaam hunnen oorsprong danken.
De mansvóórnaam Tammo, Tamme, nog heden by de Friesen in volle gebruik, ligt aan den geslachtsnaam Tamson ten grondslag, even als aan Tamminga, Tammes, Tamming enz. Over den oorspronkeliken mansnaam die aan den geslachtsnaam Muysson ten grondslag ligt, zie men het tijdschrift De Navorscher dl. XXVI, bl. 561, en dl. XXVII, bl. 78 en 80.
In eenvoudiger spelling is deze naam Winks, een tweede-naamval van den mansnaam Winke, die weêr een verkleinform is van den oud-nederlandschen mansvóórnaam Winne, Wyne of Win, Wyn, 't welk vriend beteekent in de oud-germaansche talen. Vele oude en volle mansnamen zijn met dit woord win of wyn samengesteld; b. v. Als Winne en Wyne, Wynke en Winke zijn deze namen nog heden by de Friesen in gebruik.
Zie hier eenigen van die geslachtsnamen op en, waar by de opmerking nog gemaakt moet worden, dat ze in alle nederlandsche gouen inheemsch zijn, maar meest by Friesen, Hollanders en Vlamingen: minder of slechts zeldzaam by Gelderschen en Brabanders. De patronymika Keessen, Krelissen, Nelissen, Knelisse en Cornelissen stammen allen van dezen zelfden mansnaam af.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek