Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 juni 2025


Nog veel meer boekstaafden zy hunne eigennamen alzoo, en die oude spelling vinden wy nog in sommige hedendaagsche geslachtsnamen terug. Hier dienen eenige maagschapsnamen, in nieuen patronymikalen form, welke die vreemde letter behouden hebben, vermeld te worden. Het zijn mansvóórnamen die op zich zelven eene k tot eindletter hebben; b. v. Hendrik, Dirk.

De maagschapsnamen Mispelblom en Gelderblom zijn wellicht hier minder op hunne plaats als op bl. 364, by de geslachtsnamen aan de wapenkunde, of in § 128, by de namen aan huisteekens in 't algemeen ontleend.

Burghardt en Borchart, ook, by letterkeer, Brochard, een volle, oud-germaansche mansnaam, waarvan ook de maagschapsnamen Borgrink, Burgerding, Burgers, Borcherts afstammen. Gheerbrant, Gillebaert en Gillebert. Gisolf. Herrebrandt. Merwart.

De oude Nederlanders schreven den uitgang ing gewoonlik als ingh en ook wel als inghe; b. v. coningh, oeffeningh, vergaderinghe, enz. En zoo schreven zy den patronymikalen uitgang van geslachtsnamen ing ook wel als ingh en inghe. By sommigen onzer hedendaagsche patronymikale maagschapsnamen is die oude form nog bewaard gebleven; b. v. by Abbingh, Bussingh, Coelingh.

Straten en Stratenus, met Straatsma, Stratingh en Straatjes, zijn patronymikale maagschapsnamen, waar de oud-germaansche, door Förstemann aangetoonde mansvóórnaam Strato aan ten grondslag ligt. In de lijsten van Wassenbergh vindt men dezen naam, Strate, als een friesche vermeld.

Oldenzeel, als maagschapsnaam voorkomende, vertoont de dageliksche volksuitspraak van Oldenzaal, het stadje in Twente. De geslachtsnaam Bellingwout moet beschoud worden als eene omzetting in byzonder-hollandsch van den naam des dorps Bellingawolde in Groningerland. Maar de maagschapsnamen Wildervank en Wildervanck zijn niet ontleend aan den naam van het vlek Wildervank in Groningerland.

Het woord heul, heule, waarvan de maagschapsnamen Van der Heul en Verheul, misschien ook Verhuel afkomen, heeft in de gouspraken van sommige nederlandsche gewesten de beteekenis van eene smalle sloot tot afvoer van water dienende; in de steden ook wel die van een open riooltje tot afvoer van spoel- en keukenwater.

By de Engelschen en Skandinaviers is juist dit de form waar onder deze patronymikale maagschapsnamen, en dat wel zeer veelvuldig, voorkomen. Johnson, Thomson aan den westeliken, Erikson, Björnson aan den oosteliken oever van de Noordzee. Ook in noordelik Duitschland komt deze form geenszins zeldzaam voor. In Nederland is hy oorspronkelik zeldzamer.

De maagschapsnamen Regenboog en Regenbogen komen niet zeldzaam voor, en zijn aan verschillende geslachten eigen. »De Regenboog" kwam oudtijds wel als huisnaam voor. Zoo is althans deze naam gemakkelik te verklaren. Den naam Regenbogen meen ik niet als een meervoudsform te moeten beschouen.

Het onverbogene De Grauw, De Graeuwe, Den Graeuwe en De Graauwe komt ook als maagschapsnaam voor, zoo wel als De Grijs, De Gryze, Den Gryzen; zie § 126. Zie bl. 76. Ook onder de byzonder-friesche maagschapsnamen treffen wy eenigen van deze, aan beroepsnamen ontleende quasi-patronymikale formen aan.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek