Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 mei 2025


Tot nog toe hebben wij een voornamen karaktertrek van WILLEM'S werk buiten beschouwing gelaten: zijne eigenaardige voorstelling van het streven der ziel naar vereeniging met God, dat hij minne noemt. Als een stroom van wit licht doorgloeit die "minne" het Leven van Sinte Lutgart; in de Vita van THOMAS is daarvan niets of te nauwernood een glimpje te zien.

Hij waarschuwt de prelaten die hun plicht verzaken en wien het slechts om wereldsche eer te doen is; brengt zijn publiek onder het oog, hoe LUTGART slechts door de "sterke minne" tot God den duivel en zijne trawanten kon overwinnen; hij vaart uit tegen de oude hebzuchtige huichelaars, de "papelarde metten grisen langen barde", die den armen onder allerlei drogredenen het hun toekomende willen onthouden; hij betreurt de verslapping der kloostertucht en stelt de abdij van Afflighem aan andere ten voorbeeld.

Het eerste deel verhaalt ons LUTGART'S leven in het Sinte-Katharinaklooster bij St. Truyen; het tweede omvat de 29 eerste jaren van haar verblijf bij de Cisterciënser-nonnen van Aywières; het derde hare elf laatste levensjaren. Deze Vita Lutgardis nu is als leiddraad gebruikt door een Nederlandsch dichter bij het schrijven van zijn merkwaardig Leven van Sinte Lutgart.

Maar dat hij dichter is, ziet men duidelijker waar hij ons beschrijft hoe de H. Maagd aan LUTGART verschijnt: hoe dat gelaat van uitgelezen schoonheid, anders stralend van glans, nu zoo bleek en verslagen ziet van hartzeer; hoe donker haar gewaad, dat anders schittert heller dan het licht van een zomerschen dag. Fraai is het 4de hoofdstuk van het Tweede Boek, waarin ons verhaald wordt, hoe LUTGART door hare gebeden den prediker JACOB VAN VITRY verlost van zijne zinnelijke liefde tot eene vrouw van uitverkoren schoonheid. De innerlijke strijd dien eene mystieke vrouw te strijden had, vóórdat zij rust in God vond, is ons in het zesde hoofdstuk van dat boek geschetst met de zachte gevoeligheid van omtrek die wij ook in vele miniaturen bewonderen. Schoon is hier vooral de verhouding eener non van edelen bloede tot God afgebeeld; er is sprake van vrouwe MARIA VAN RAEVI

De teergevoeligheid van later tijden bevredigt hare behoefte aan een tastbare heugenis van geliefde dooden met een vlok haar dit kind eener eeuw van forscher en grover zinnelijkheid wenschte hoofd of hand zijner vriendin voor zich om die, in zilver of goud beslagen, te bewaren . Slechts haar rechterpink, haar "minste vingerkijn", had LUTGART, wien het ter oore was gekomen, hem half in ernst half in scherts toegezegd.

De omgang met Hem heiligt ook haar; de kloosterzusters vertelden dat zij eens des nachts een licht, heller dan zonlicht, boven LUTGARDE'S leger hadden gezien; van LUTGART, evenals van CHRISTINA en anderen, wordt ons verhaald, dat zij door aanraking met hare hand of door het strijken van speeksel wonderen verrichtte.

WILLEM VAN AFFLIGHEM'S mededeelingen over zijn publiek verdienen stellig niet alle letterlijk te worden geloofd; doch de aardige verzen waarin hij de verveling zijner hoorders teekent, zullen zeker wel voor een deel werkelijkheid bevatten . Een zoo omvangrijk gedicht als het Leven van Sinte Lutgart zal wel in verscheidene "lessen" en op achtereenvolgende dagen ten gehoore zijn gebracht; het spreekt vanzelf dat voordrager en toehoorders van tijd tot tijd moesten pauzeeren.

Der Ystoriën Bloeme in de uitgave van A.C. OUDEMANS SR. Het tweede werk is als Fragment van een oud berymd passionael uitgegeven door WILLEMS in Belg. Museum, IX, 418 vlgg. Vgl. Der Ystoriën Bloeme, vs. 2229-'30, 3554; Belg. Mus., IX, 424, vs. 184. Van Sinte Lutgart uitgeg. door BORMANS in Dietsche Warande, III IV. Van Sinte Christina eveneens door BORMANS. Vgl. over de hss. ook: Tijdschr. v.

Zijn Leven van Sinte Lutgart is door hem waarschijnlijk tusschen 1262-1274 gedicht .

Voor de geschiedenis der Roomsche kerk mogen deze heiligenlevens van niet geringe beteekenis zijn in die der Nederlandsche literatuur kunnen zij slechts een bescheiden plaatsje innemen. In geen dezer werken vindt men iets dat op poëzie ook maar gelijkt en weinig of niets karakteristieks. Der Ystoriën Bloeme bevat slechts gebrekkig berijmd proza, de levens van S. Christina en S. Lutgart zijn beide letterlijk vertaald uit het Latijn van THOMAS VAN CANTIMPR

Woord Van De Dag

wanordelijkheden

Anderen Op Zoek