Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 juli 2025
Zy daagden hen tegen des anderen daags tot een afzonderlyk gevecht uit: zy zwoeren, dat zy niets vuuriger verlangden, dan hunne handen in het bloed van deeze schelmen te baden, daar zy de voornaame bewerkers waren van de verwoesting van hunne bloeijende en schoone verblyfplaats". De Jagers antwoordden hun; "dat zy niets anders waren, dan een hoop roovers, tegen wien zy bereid waren te vechten, al waren zy slechts half zoo talryk, indien zy hunne leelyke gezichten durfden vertoonen; en dat zy hunne meesters verlaten hadden, alleen om dat ze te lui waren om te werken". Na dit gesprek deeden zy elkander allerleije schampere bejegeningen aan, door krygsgeschrei van eenen byzonderen aart, door overwinnings liederen, en door het geluid van den jagthoorn tot een teeken van uitdaging.
De Kakkerlak is een zoort van Kever, een duim en zomtyds twee duimen lang; derzelver gedaante is eirond en plat, en de kleur hoog rood: hy kruipt door het gat van 't slot der koffers en valiesen, en legt aldaar niet alleen zyne eijeren, maar hy doorknaagt ook het linnen, stoffen, zyde, en alles wat hy vind; hy dringt ook in eet- en drinkbaare waaren van allerleije zoort; het geen dezelve zeer walgelyk maakt, want hy laat aldaar eene leelyke reuk agter, vry veel gelykende naar die der wandluizen.
Ze was zoo zonderling van gedrag en manieren, en kon zich niet schikken in de hoogheid van haar stand... Wouter trok z'n tweede kous uit, en keurde 't af dat prinses Erika geen lust had in aanzienlykhedens. Hm... zou ze misschien willen ruilen? Hy: prins Erik. En zy... Zou ook zy 's nachts zoo'n leelyke muts opzetten? Wel neen, dacht Wouter, prinsessen dragen mutsen van diamanten.
"Sterven?" zegt het meisje. "En gij denkt zeker dat ik u zal laten sterven? Wat meent gij wel? Spreek maer wat klaerder: ik kan die duistere woorden niet verdragen! En zoo wil ik niet blyven gaen. Zit hier wat tegen den weg, tot dat die leelyke dingen uit uw hoofd zyn."
Hy is niet zeer hoog, ongelyk, en van eene leelyke gedaante; hy heeft slechts eenige takken, en zyne bladeren zyn van eene bleek groene kleur. Men heeft my gezegd, dat de Indianen zommigen van hunne pylen vergiftigen, door ze in het sap van deezen boom te doopen. Den 27sten, begaf zig eene andere ronde in aantocht, maar ontdekte even weinig, als de eerste.
Zy daagden hen tegen des anderen daags tot een afzonderlyk gevecht uit: zy zwoeren, dat zy niets vuuriger verlangden, dan hunne handen in het bloed van deeze schelmen te baden, daar zy de voornaame bewerkers waren van de verwoesting van hunne bloeijende en schoone verblyfplaats". De Jagers antwoordden hun; "dat zy niets anders waren, dan een hoop roovers, tegen wien zy bereid waren te vechten, al waren zy slechts half zoo talryk, indien zy hunne leelyke gezichten durfden vertoonen; en dat zy hunne meesters verlaten hadden, alleen om dat ze te lui waren om te werken". Na dit gesprek deeden zy elkander allerleije schampere bejegeningen aan, door krygsgeschrei van eenen byzonderen aart, door overwinnings liederen, en door het geluid van den jagthoorn tot een teeken van uitdaging.
O, leelyke vuile scheeve kwaadtongige Leentje, wat heeft Wouter je lief gehad! Wat al troost straalde hem tegen uit je koperen vingerhoed, wat al bemoediging lag er in je maasbal, wat 'n zalving in je liefderyk: Daar heb je-n-'n naald, en 'n draad, en 'n lapje... naai 'n zakje voor je griften, m'n jongen, en vertel me nogeens van al die graven die gedurig overgingen van 'n eene huis in 't ander.
Toch heb ik ook hier de leelyke i-j die door sommigen als y-klank gebruikt wordt, voor goed congé gegeven. Tant pis voor de Hilaridessen die er om treuren. Dezelfde soort van lettermannen zullen waarschynlyk geen vrede hebben met m'n interpunktie. Ik met de hunne niet.
De Kakkerlak is een zoort van Kever, een duim en zomtyds twee duimen lang; derzelver gedaante is eirond en plat, en de kleur hoog rood: hy kruipt door het gat van 't slot der koffers en valiesen, en legt aldaar niet alleen zyne eijeren, maar hy doorknaagt ook het linnen, stoffen, zyde, en alles wat hy vind; hy dringt ook in eet- en drinkbaare waaren van allerleije zoort; het geen dezelve zeer walgelyk maakt, want hy laat aldaar eene leelyke reuk agter, vry veel gelykende naar die der wandluizen.
En nog zyn er gevoellooze bedillers, die 't den Amsterdammer van zulk gehalte kwalyk nemen dat-i, by zoo'n benauwde levensopvatting in den regel 'n dom schepsel blyft! Die onbillykheid is niet uittestaan. En nog altyd spionneerde die leelyke dikke dame door 't venster van de zykamer. 't Kwam Wouter voor, dat zy iets hem betreffende meedeelde aan iemand die in haar gezelschap was.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek