Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 juni 2025
De masten en raas der groote schepen prijken met wimpels en lampions, de kleine havenstoombootjes glijden over het water, met bloemguirlandes om de stoompijpen. En onderwijl weerkaatst en spiegelt het water al het licht, zoodat de schijn van een lantaarn tot een heelen vuurstroom wordt, en de waterdruppels die van de roeispanen vallen, worden gelijk vloeibaar goud.
Brandende lampions en vetpotjes hingen feestelijk te wiegelen aan gespannen touwen vóór de huizen, een vurige triomfboog prijkte in de straat en hier en daar schitterden transparanten met zeer eigenaardige opschriften. Maar de Stier hield zich goed, en de man begreep maar half of in 't geheel zelfs niet.
In de eerste groote straten zag hij het vuurleven gebluscht; als naglimmende vonken knapten en sisten nog enkele lampions, met opflikkeringen van smeerkaarsvlammen. Smeulend-rood rookten ze op de vette bodems der glaasjes.
En de ricksja's voeren geen lantarens, maar lampions; de krantenjongens roepen niet, maar hebben een bel rond hun middel gebonden; ieder loopt met een waaier; de vrouwen en meisjes dragen geen hoed, maar hebben allen bloemen in het donkere haar, dat bij de ongetrouwden op een bijzondere manier is opgemaakt, bij de getrouwden glad naar achteren weggestreken; zij dragen, evenals de mannen, klompjes, bestaande uit een plat stuk hout met twee verticale plankjes er onder hoe vuiler de straat des te hooger de plankjes , welke klompjes worden vastgehouden door bandjes, die tusschen de van een teen voorziene kous doorgaan.
Een droomende waker doolde langs de vlakke gevels. We hebben het weder niet tegen, Ernest, sprak Sörge in den opgetrokken pels van zijn kraag; het vriest lekker. Een echte lucht om lampions op te steken en zottigheid te doen. Ze kwamen aan de Poelaertplaats van waar ze de lage stad zagen flikkeren en dampen.
Daar lag een bord met een klinkend opschrift als een neêrgehaald blazoen, tusschen de scherven van met stokken afgeslagen lampions, en daar groezelde de vuile strook van een oranjewimpel, tot een touw gedraaid onder het lange gemurw van de slijpende voeten. Ja, 't feest was dood, heelemaal dood, dacht hij.
En werkelijk, bij het bleeke schijnsel der lampions zag men op de arabesken buiten de vensters eksters rondhuppelen en dreven de kleine blaadjes der thee rechtop in de kopjes. Dat waren gelukkige voorteekens, waartegen niemand iets kon inbrengen! Men wenschte dan ook den gastheer van alle kanten geluk, doch hij bleef daar zoo koel mogelijk onder.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek