Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 2 juni 2025


Alles goed en wel, papa, maar bij het betrachten van die wijsbegeerte ben ik nu, in den korten tijd van twee dagen, beroofd van de visschen, die ik gevangen had, en van hengelroe en tuig bovendien ze hebben me in een vischvijver gegooid een bulhond heeft me een doodsangst op het lijf gejaagd 't scheelde niet veel of een stier had me gedood bijen hebben me allerjammerlijkst toegetakeld, en tweemaal ben ik in een put gevallen.

Willem begreep den wenk en eensklaps werd Jack bij armen en beenen opgegrepen en in den vijver gesmeten. Na een flinke onderdompeling kwam hij weer boven en wist al snuivend en proestend weer naar den kant te scharrelen. Intusschen verwijderden zich de opzichters onder luid gelach over de poets, die zij onzen held gespeeld hadden. Hengelroe, visch en blikken pierenbak namen ze mee.

"Ik zal je moeten lastig vallen om die hengelroe, heerschap, zei Willem. Jakob was intusschen druk bezig met de visschen een eind bies onder de kiewen door te halen. "In elk geval zult gij toch naar rede hooren," zei Jack. "Ik kan u bewijzen...." "Nog nooit heb ik een goed bewijs gehoord, dat het stroopen geoorloofd is," viel de opzichter hem in de rede.

Hij tuurde uit naar het platform van een huis, waar zich een jong meisje bevond met een oude vrouw, die een zonnescherm ophield aan een rieten stok zoo lang als de hengelroe van een visscher. Midden op het vloer-tapijt stond een groote reismand met open deksel. Gordels en sluiers, hangers en ketens van goud warden er uit.

"Met uw verlof." viel Jack hem in de rede, "laten we dat eerst eens beredeneeren." "Volstrekt niet; ik zal handelen volgens uw eigen stelregels de visschen heb ik, maar ik verlang nog meer die hengelroe is evengoed van mij als van u, en daar ik de sterkste ben eigen ik ze mij toe. Jakob, Willem, neem die hengelroe, ze behoort ons."

"Met uw verlof; de boom, waarvan gij die hengelroe gesneden hebt, was voor ons allen bestemd, en als gij goed gevonden hebt er een hengelroe van te maken, kan ik dat evenmin helpen als dat ik de visschen gevoed heb in de ondersteling dat ze mij toebehoorden.

Daar alles gemeengoed is en het niet meer dan natuurlijk is dat de sterke van zijn kracht gebruik maakt tegenover den zwakke, moet ik me die hengelroe toeëigenen, tot ze me weer door een sterkere afhandig wordt gemaakt.

Bovendien zal ik als de sterkere partij en als bezitter van dit land, dat volgens u niet meer aan mij dan aan u behoort, mijn opzichters last geven u van mijn grondgebied te verwijderen. Jakob, neem die hengelroe en zet meneer Rustig eventjes over de heining. Dag, meneer Rustig, goedenmorgen?"

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek