Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 23 juni 2025
Toen in het begin der negende eeuw Lodewijk, de Vrome, zoon van Karel den Groote, aan de oevers van den Rijn met zijn verdorven zoons om de keizerskroon streed, werd in Koblenz, ter eere van den godsvruchtigen Kastor, die in het land van de Moezel het christendom verbreid had, een godshuis gebouwd. Aan een vertakking van den Rijn werd het van vier torens voorziene gebedenhuis gebouwd.
En zoo verklaart men het feit, dat de burgers in dien tijd hoogst eenvoudig leefden en bouwden voor zichzelf, maar zoo ruim mogelijk bijdroegen tot het bouwen van een ruimer en sierlijker raadhuis of Godshuis hunner stad. Met de XVIe eeuw werd men behalve poorter ook lid van het gewest, waardoor de betrekking van poorter tot stad losser werd.
Tallooze wereldlijke en geestelijke heeren waren verschenen en menigeen prees het prachtige godshuis, de milddadigheid van de burgers en de wijsheid van den prijzenswaardigen raad. Deze echter bevond zich in groote verlegenheid. Zeer wijselijk had geen der waardige vaders iets van het verdrag, met den Satan verteld; slechts een van hen had het in een zwak uur aan zijn vrouw opgebiecht.
In den Talmud staat het dichterlijk woord van een Tannaïet bewaard: "Twee engelen vergezellen den mensch in den Vrijdag-avond op zijn tocht van het Godshuis naar zijn woning: een goede en een booze engel.
Vandaar begaven wij ons te voet naar het klooster, dat in zijn uiterlijk voorkomen meer op eene vesting dan op een godshuis gelijkt. Men had ons te Kariès met veel ophef van de schilderijen van Stavronikitas gesproken; maar het oogenblik voor ons bezoek bleek slecht gekozen te zijn: bijna al de kerken waren gesloten.
Ja... maar de stad is ongeschonden, troostte hij zich, we hebben al vier menschen gezien... de soldaten niet meegerekend ... en de tram rijdt ook al ... De breede Paardenmarkt lag eenzaam; in de Roodestraat zagen zij een oud wijveken aan het poortje van het godshuis "De seven bloedstortingen".
Dikwijls ging de vrome paltsgravin in dit godshuis bidden en prees Gods goedheid, die haar tranen in vreugde had doen veranderen. Op een dag werd haar omhulsel onder groote droefheid weggedragen en in deze kerk bijgezet.
Dankbaar sloot Frans zijn Thilde aan 't hart; dankbaar legde hij in 't Godshuis zijn hand in de hare; dankbaar voerde hij haar naar zijne woning, en dankbaar legde hij, twee jaren later, het kind van Thilde en hem, grootmoeder Geertje op den schoot, en het dierbare kleinkind beschouwende, kwamen de beide gezichtjes van Willem en Frans, toen ze nog even klein en rond waren vrouw Geertje voor den geest, en zij zag ze weder in haar verbeelding lachen.... lachen zooals zij vurig bad, dat ze lachen zouden indien zij elkander in reiner oorden eenmaal mochten wederzien.
De stoet had de Munsterkerk bereikt en de eersten, die voor het Godshuis stonden, waren de vier mannen met de kooi. Nu trekt een van hen het omhulsel er af en voor het traliewerk laat een huilende wolf de tanden zien. Terwijl de beide anderen door een fermen stoot met de hellebaard de vleugeldeuren naar binnen openwerpen, jaagt de vierde met zijn spies het gevangen dier in de geopende kerk.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek