Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 oktober 2025
De voet is middelmatig hoog; de betrekkelijk korte voorteenen zijn door echte zwemvliezen aaneenverbonden en met sterk gekromde, spitse, scherprandige nagels gewapend; de achterteen is kort. De vleugels zijn groot, lang, smal en spits; de eerste handpen is de langste. De middelmatig lange staart bestaat uit 12 pennen, waarvan de beide middelste in den regel voorbij de overige uitsteken.
De snavel is korter dan de kop, aan den wortel zeer breed, neemt naar de spits schielijk in breedte af, heeft een duidelijke kiel op den bovensnavel en een haakvormig gekromde spits; de snavelranden zijn naar binnen omgeslagen. De mondspleet reikt tot onder het oog: de mondopening is derhalve bijna even groot als bij de Geitenmelkers.
Zijne kenmerken zijn: de slanke romp, de langwerpige kop met plat voorhoofd en betrekkelijk dikke, priemvormige of verlengd kegelvormige snavel, de krachtige voeten met langen loop en dikke, in scherp gekromde nagels eindigende teenen, de korte, afgeronde vleugels, welker spits gevormd wordt door de tweede of door de tweede en derde handpen, de middelmatig lange, afgeronde, trapvormige of wigvormige staart, het gladde, min of meer harde vederenkleed, welks groene of grijsgeelachtige kleur in overeenstemming is met die van riet en dergelijke langstengelige waterplanten.
Vooruit! vooruit! weer over struiken en heggen heen, over greppels en boomstronken; hier hem met juiste berekening den pas afgesneden; daar klinkt weer de gekromde boog, en trilt de pees en gonst bij het loslaten; weer tevergeefs; de wol stuift van de rosse vacht, maar met eene helsche snelheid vliegt de vos door, het bosch in, en de kloeke jongeling moet met woede en spijt zijn buit opgeven, die nu te veel op hem gewonnen heeft, om ingehaald te kunnen worden.
Men zag allereerst een grootsch landschap van door den zeewind gekromde pijnboomen, dooreen gestrengelde heesters, en een gansche schat van zwartgroene planten. Terwijl zich verderop de woestijn der zoutmoerassen uitstrekte de eindelooze naakte vlakte, met hare spiegels der vierkante waterkommen en de witte zouthoopjes, die lagen te flikkeren op het grijze laken van het zand.
De staart is lang, slap en gelijkmatig ruig behaard; de pooten zijn laag en middelmatig dik; de achterste zijn iets langer dan de voorste en missen den binnenteen; de teenen zijn vaneengescheiden en met stevige, sikkelvormig gekromde, spitse nagels gewapend. De geheele bovenzijde is bezet met onregelmatige, witte vlekken, die op den kop kleiner zijn dan op den romp.
Terwijl hun geheele zool op den grond rust, steunen zij tevens op de knokkels van de naar de handpalm gekromde vingers, en slingeren daarna het lichaam op logge wijze voorwaarts, zoodat de voeten tusschen de handen komen te staan. Eenige Apen kunnen uitmuntend zwemmen, anderen zakken als een steen in de diepte weg.
De beide binnenste teenen van de voorvoeten kunnen tegenover de drie overige geplaatst worden; de achtervoeten hebben een stevigen, ongenagelden, maar tegenoverstelbaren duim; de overige teenen zijn met scherpe, lange, gekromde nagels voorzien en hierdoor voor 't klimmen geschikt; zij zijn zeer ongelijk van lengte.
De Hokkovogels (Cracidae), die een hoogst eigenaardige familie van Hoendervogels vormen, zijn groot of middelmatig groot en slank gebouwd; de snavel is in den regel langer dan bij de meeste andere Hoenderen; de washuid, die hem van achteren bedekt, strekt zich over de geheele neusgroeve, gewoonlijk ook over den teugel en de oogstreek uit en bekleedt een bij vele soorten op den snavelwortel aanwezigen knobbel; de voeten zijn middelmatig dik en lang, de teenen dun en met lange, tamelijk smalle, scherpe, flauw gekromde nagels gewapend, de vleugels sterk afgerond; de staart is zeer lang en breed; de stuurpennen naar de zijden een weinig verkort of nagenoeg gelijk van lengte. Het vederenkleed bestaat uit breede, afgeronde veeren, welker schaften meestal op een eigenaardige wijze verdikt zijn en eerst bij de spits dunner en smaller worden. Bij enkele soorten is de schaft in het midden wel tien-
Hun snavel is iets korter dan de kop, slank, bij den wortel recht, bij de spits gebogen en haakvormig, niet ongelijk aan een langwerpigen roofvogelsnavel; zij staan zeer hoog op de pooten; deze zijn ver boven het spronggewricht onbevederd en hebben een langen loop; de korte teenen zijn gewapend met dikke, sterk gekromde en spitse klauwen, welke eveneens aan die van een Roofvogel herinneren.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek