Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 juli 2025
Op het veld zal er van een eenigszins belangrijke, door haar veroorzaakte schade wel geen sprake zijn." Zij hebben een krachtigen romp, een korten hals, een grooten kop, middelmatig lange, tamelijk spitse vleugels, welker derde handpen de overige pennen in lengte overtreft; de uit twaalf pennen bestaande staart is tamelijk kort en recht afgesneden. De afmetingen van den snavel zijn verschillend.
Onze Kwartel is aan de bovenzijde bruin met roestgele dwarse en overlangsche strepen, op den kop donkerder dan op den rug; de keel is roestbruin, de krop roestgeel, het midden van den buik geelachtig wit; de zijden van borst en buik zijn roestrood, met lichtgele overlangsche strepen; een lichtgeelbruine streep, die aan den wortel van den bovensnavel begint, loopt boven het oog langs, bij den hals naar beneden en omsluit de keel; hier echter is zij begrensd door twee smalle, donkerbruine banden; de handpennen hebben op zwartachtig bruinen grond roodachtig roestgele dwarsvlekken, die samen banden vormen; de eerste handpen is op de buitenvlag versierd met een smallen, geelachtigen zoom; de roestgele stuurpennen hebben witte schaften en zwarte tot dwarsbanden vereenigde vlekken.
De romp is slank, de hals kort, de kop middelmatig groot, de snavel kort, hoog en breed, aan den rugrand sterk gekromd, aan den onderrand een weinig benedenwaarts gebogen, langs de zijranden getand, d.i. met inkervingen voorzien; de vleugels zijn middelmatig lang en sterk afgerond: de vierde of vijfde handpen steekt voorbij de overige uit; de staart is tamelijk lang en afgerond; de pooten zijn dik en hebben een betrekkelijk langen loop met één achterteen en drie voorteenen, waarvan de buitenste een weinig zijwaarts bewogen kan worden.
Onder de inheemsche Raafvogels komt aan de Raaf (Corvus corax) een eereplaats toe. Zij is de Raaf bij uitnemendheid, een vertegenwoordiger van het geslacht der Veldraven (Corvus), dat tot kenmerken heeft: een lange snavel met gekromden rug en gaafrandige spits, cirkelronde neusgaten, de mondspleet ongeveer even lang als de loop, lange, spitse vleugels, welker spits gevormd wordt door de vierde handpen, hoewel de derde bijna even lang is; de snavel en de pooten zijn zwart. Bij de Raaf bedekken de vleugels den middelmatig langen, sterk afgeronden staart geheel; zwart zijn alle lichaamsdeelen met uitzondering van de oogen, die een bruine iris hebben. Deze soort is 64
De Dikbekken onderscheiden zich door een zeer krachtigen, gedrongen lichaamsbouw; zij hebben een buitengewoon grooten, dikken, volkomen tolvormigen snavel, welks scherpe zijranden eenigszins gebogen en een weinig binnenwaarts gedrukt zijn; de bovensnavel is vóór de spits onduidelijk ingekorven; hunne pooten zijn kort, maar krachtig en met scherppuntige klauwen gewapend; van de betrekkelijk breede vleugels wordt de spits gevormd door de derde handpen, terwijl de binnenste handpennen kort voor de stompe spits op de buitenvlag haakvormig naar buiten gekromd zijn en op de binnenvlag een inham hebben; de staart is zeer kort en in 't midden duidelijk uitgerand, het vederenkleed is dicht en zacht.
Aan zijn niet bijzonder krachtigen snavel is de spits van de bovenkaak slechts weinig over die van de onderkaak heengebogen. Hij heeft zwakke pooten en stompe vleugels, welker spits door de vierde handpen wordt gevormd. De trapvormige, maar toch in 't midden uitgesneden staart is ongeveer even lang als het overige lichaam.
Zijne kenmerken zijn: de slanke romp, de langwerpige kop met plat voorhoofd en betrekkelijk dikke, priemvormige of verlengd kegelvormige snavel, de krachtige voeten met langen loop en dikke, in scherp gekromde nagels eindigende teenen, de korte, afgeronde vleugels, welker spits gevormd wordt door de tweede of door de tweede en derde handpen, de middelmatig lange, afgeronde, trapvormige of wigvormige staart, het gladde, min of meer harde vederenkleed, welks groene of grijsgeelachtige kleur in overeenstemming is met die van riet en dergelijke langstengelige waterplanten.
De loop is langer dan de snavel, de poot krachtig en met groote teenen voorzien, die met stevige en scherpe, sterk gekromde nagels gewapend zijn. De vleugels zijn middelmatig lang en zeer afgerond, daar hun spits gevormd wordt door de zesde en de zevende handpen.
De snavel is kort of middelmatig lang, zwak, priemvormig, zijdelings samengedrukt en langs den rug gebogen; de voeten zijn middelmatig lang, tamelijk zwak en kort van teenen, de vleugels kort, afgerond en gewelfd; de vierde of de vijfde handpen is de langste; de staart is zeer kort, wigvormig of afgerond.
Hun lichaam is forsch gebouwd, de kop betrekkelijk groot, het voorhoofd hoog, de snavel recht, bijna zoo lang als de kop, korter dan de loop, kegelvormig, aan de spits een weinig naar boven gebogen en stomp, maar niet verdikt, op den rug afgeplat, geheel met een harde huid bedekt; de neusgaten zijn aan den snavelwortel gelegen; in de lange, spitse vleugels is de eerste handpen de langste; de ternauwernood middelmatig lange staart is uit 12 pennen samengesteld; de voorteenen zijn niet verbonden, de achterteen is klein en hoog aangehecht; het vederenkleed is goed voorzien, maar glad aanliggend en onderscheidt zich door levendige kleuren; de schouderveeren zijn sterk verlengd.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek