United States or Zambia ? Vote for the TOP Country of the Week !


De bovendeelen zijn olijfbruin met donkerbruine vlekken, met uitzondering van den bruinachtigen nek en den roestbruinen staartwortel; de kop is versierd met drie zwartachtige en twee lichtgele, overlangsche strepen; de hals, de keel en het onderlijf zijn zuiver wit, de borst, de flanken en de onderdekvederen van den staart roestgeel, de slagpennen grauwzwart, aan de buitenvlag met roestgelen zoom, de middelste staartvederen roestbruin, de overige grijsbruinachtig met witten rand aan de spits, die hoogerop met een zwarte, hartvormige vlek geteekend is.

Het oog is bruin, de snavel hoorngeel, de poot lichtblauw. Het wijfje heeft roodbruine bovendeelen, terwijl de onderdeelen roestgeel zijn met smalle, bruine dwarsstrepen. Het eene ontspringt aan den nek en is zoo groot, dat de toppen der buitenste veeren nog ruim 1 cM. verder reiken dan de spitsen der 12 cM. lange vleugels in den rusttoestand.

Als het hooi van het leger te vochtig geworden is, nemen zij het weg en vervangen het door nieuw hooi." De lichaamslengte van dit dier, dat men eerst in den laatsten tijd van de Marmot der Alpen heeft leeren onderscheiden, bedraagt 37 cM., zonder den 9 cM. langen staart; de tamelijk dichte vacht is vaal roestgeel. De jongen zijn doffer van kleur dan de ouden.

Totale lengte 18, vleugellengte 12, staartlengte 9 cM. De bovendeelen en een breede gordel op den krop zijn metaalglanzig blauwzwart, het voorhoofd en de keel hoog kastanjebruin, de overige onderdeelen licht roestgeel; de vijf buitenste paren stuurpennen hebben op de binnenvlag rondachtige, witte vlekken.

De kop, het achterste deel van den hals en de staartwortel zijn aschgrauw, het bovenste deel van den rug en de schouderstreek zijn vuil kastanjebruin, de slag- en stuurpennen zwart, de vleugeldekvederen aan den buitenrand en aan de spits aschgrauw; de beide buitenste stuurpennen zijn wit gezoomd; de keel en het voorste deel van den hals zijn donker roestgeel met zwarte, overlangsche vlekken; de bruine vederen van de zijden van de borst hebben witte randen, de overige onderdeelen zijn wit.

Bij het jong zijn de bovendeelen grijs, roestgeel en bruin gevlekt; de grijze vederen van de onderzijde hebben roestgele randen. Het oog is bruin, de snavel en de voeten zijn zwart. De lengte bedraagt 24 cM. De Gekraagde Roodstaart bewoont een uitgestrekter gebied dan zijn verwant; hij ontbreekt in geen enkel land van Europa.

De jongen zijn allerliefste schepseltjes, ook reeds door hun uiterlijk. Hun donzen kleed vertoont aan de bovenzijde een mengelmoes van geelbruin, roestgeel, roestbruin en zwart, terwijl aan de onderzijde lichtere kleuren de overhand hebben; de teekening bestaat uit onafgebrokene reeksen van vlekken.

Men noemt hem ook wel Rietvink. Hij is 14 cM. lang, aan de rugzijde roestkleurig bruin, aan de buikzijde zeer licht roestgeel, bijna wit; boven de oogen bevindt zich een helder roestkleurig bruine streep. Ook door zijn wijze van nestelen in rietvelden en met riet begroeide slootkanten gelijkt hij veel op zijn grootere verwant.

Hij heeft een losse, uit tamelijk stijve haren bestaande vacht, die aan de bovenzijde geelachtig grijs is, met onregelmatige roestgele golflijnen en fijne vlekjes, aan de onderzijde roestgeel, aan de kin en het voorste deel van den hals wit.

De bovenkop is bruinachtig zwart met een smalle, roestgeelachtige streep in het midden en een boven ieder oog; de overige bovendeelen zijn zwartbruin met roestgele vlekken, de vleugeldekveeren met witte, ook over de schaft zich uitstrekkende topvlek, de eerste handpen bruin met lichte schaft en witten buitenzoom; van de 16 stuurpennen hebben de drie buitenste een witte eindhelft; de onderzijde is roestgeel met zwarte vlekken.