Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 mei 2025


De snavel is korter dan de kop, aan den wortel zeer breed, neemt naar de spits schielijk in breedte af, heeft een duidelijke kiel op den bovensnavel en een haakvormig gekromde spits; de snavelranden zijn naar binnen omgeslagen. De mondspleet reikt tot onder het oog: de mondopening is derhalve bijna even groot als bij de Geitenmelkers.

Dan houden zij zich op de reeds genoemde wijze, gewoonlijk evenwel slecht een paar uren lang, in de boomkroon met de jacht bezig, uitsluitend loopend over de takken, die zij één voor één afzoeken. Eenige uren vóór het aanbreken van den dag gaan zij ten tweede male op de jacht, gelijk ook de Geitenmelkers doen. In donkere nachten echter blijven zij rustig op denzelfden tak zitten.

Daar traagheid, luiheid en domheid hunne meest in 't oogloopende karaktertrekken zijn en het veel moeite kost hen in de kooi op doelmatige wijze te voeden, wordt met de jacht, die men op hen maakt, geen ander doel beoogd, dan het verkrijgen van een smakelijk gebraad." Door de eigenaardigheden van hun lichaamsbouw zijn de Uilen echter nader verwant aan de Geitenmelkers en de Scharrelaars.

Dat zij zich op deze wijze nogmaals blootstellen aan het gevaar van doodelijk getroffen te worden, komt hun niet in de gedachte: zij missen de hiervoor noodige ervaring. Wanneer echter één van de leden van een paar gevallen is, neemt het andere zich gewoonlijk wel in acht; ook zij worden door de ervaring wijs. Naar het schijnt, broeden alle Geitenmelkers slechts éénmaal in 't jaar.

Niet alleen onze Geitenmelkers, maar de Nachtzwaluwen in 't algemeen doen nimmer schade aan de menschelijke huishouding en bewijzen daarentegen zeer belangrijke diensten; zij verdienen daarom overal en te allen tijde onze bescherming. Ieder die de zeden en gewoonten van deze dieren uit eigen ervaring heeft leeren kennen, zal van hen houden.

Het wegsleepen van de eieren heeft trouwens alleen dan plaats, als zij door een mensch aangeraakt zijn; de Vogel blijft rustig zitten broeden als de persoon, die het nest ontdekte, weer weggegaan is zonder de eieren aan te raken. Het is mogelijk, maar tamelijk moeielijk, jong uit het nest genomen Geitenmelkers groot te brengen.

Dat er een hevige strijd ontbrandt tusschen twee mannetjes, die naar de gunst van 't zelfde wijfje dingen, dat zij elkander aanvallen en zoo erg mogelijk toetakelen, is een te algemeen voorkomend verschijnsel om het ook hier uitdrukkelijk te noemen; wel moet ik echter vermelden, dat alle Geitenmelkers gedurende den paartijd merkwaardige bewijzen van bekwaamheid in 't vliegen geven.

Van de naastbijgelegene boomen laten de langstaartige Geitenmelkers hun nachtlied hooren, of dragen vliegend hun vederentooi door de lucht, naderen dikwijls en met voorliefde de seriba en ijlen als geesten over de slapende kudde heen. Overigens is alles stil en rustig. Zelfs de keffende Honden zijn verstomd, maar toch niet nalatig geworden in den dienst, die van hen verlangd wordt.

De loop, hoewel kort, is veel langer dan bij de Nachtzwaluwen; drie teenen zijn naar voren, één teen is voortdurend naar achteren gericht. Het vederenkleed is somber van kleur en zacht, zooals bij de meeste Geitenmelkers; de veeren aan den snavelwortel, bij eenige soorten ook die van de oorstreek, zijn borstelvormig.

"Op den vroolijken juichkreet volgden de doffe jammerklachten van verschillende soorten van Geitenmelkers, die, zittend op de dorre, boven den waterspiegel uitstekende twijgen van de boomen, die in de rivier gezakt waren, hunne steunende klaagtonen in den maneschijn lieten weerklinken.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek