United States or Burkina Faso ? Vote for the TOP Country of the Week !


Door de vereeniging van ons land met België tot Koning der Nederlanden verheven en den 18 Maart 1815 gehuldigd, was het Huis van Oranje in hem tot een vroeger nooit gekenden luister gestegen. Onbepaald vertrouwen en liefde ondersteunden gedurende vele jaren de pogingen, welke hij tot herstel en verheffing des vaderlands aanwendde.

En het inwendige?.... Wanneer ge met eenige liefde voor onze monumentale geschiedenis bezield, den drempel wilt overschrijden, in de hoop daar nog een spoor van verleden dagen aan te treffen; met het voornemen om in eene oude zaal, waar de zonnestraal den rij zwart ingelijste, fiere en ernstige gestalten, in hunne witte mantels met zwarte kruisen gehuld, gelukkig-spaarzaam verlicht, u te verdiepen in niet altoos onvruchtbare droomen van een nog niet genoeg gekenden tijd dan raden wy u: »bewaar uwe illusiën en treed te rug."

Tom voelde zich door een nooit gekenden lust gekweld on te rooken en te vloeken: ja, de begeerte werd zoo sterk, dat alleen de hoop om zijn roode sjerp te vertoonen, hem er van terughield zijn lidmaatschap op te zeggen. Het was 4 Juli toen hij tot den bond toetrad, en hij was nog geen acht en veertig uren lid geweest of hij was gereed en gezind zich van zijne boeien te ontslaan.

Neder-Brakel, met meer dan 4,200 inwoners, wordt besproeid door de Zwalme, en gelijkt door zijne netheid aan een steedje. Het is de geboorteplaats van den novellenschrijver E. MEGANCK. Te Op-Brakel stond de wieg van den wijd en zijd gekenden liedjeszanger JOZEF SADONES. De man was geboren den 6 December 1755 en stierf te Geeraardsbergen den 19 October 1816.

De lezer, die, even onkundig als wij zelf op dit stuk, gewend is geweest den mannetjesbij als hommel aan te duiden, zal allicht vreemd ervan opzien, dezen naam niet in onze vertaling aan te treffen, doch wel den zeer weinig gekenden naam: dar. Doch onze vertaalster heeft hier het gezag op haar hand van ons Nedl.

Voor een beest, dat lijdt, zullen zulke lieden nog een meewarig oog hebben; voor dieven en moordenaars zullen ze het verblijf in den kerker nog zacht zoeken te maken; voor gewonden in den krijg zullen ze het Roode Kruis nog om den arm spelden; alleen maar voor de gekenden des Heeren kennen ze geen ontferming. Tegen hen spitst al hun ongoedertierenheid zich op het uiterste.