Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 juni 2025


In de daad, men had tegen den vyand, toen hy de Patamaca-Kreek overstak, eenig krygsvolk van alle de posten, namelyk van dien van la Rochelle, van Devil's Harwar, en van de Peréca, moeten doen optrekken. De muitelingen, van drie verschillende kanten aangevallen, zouden, zoo al niet geheel verslagen, ten minsten voor hunne roekeloosheid zwaar gestraft zyn geworden.

Na den geheelen nacht gevaaren te hebben, bevonden wy ons des morgens tegen over den nieuwen weg van gemeenschap, dien wy ons by onzen ouden wacht-post van Devil's Harwar gebaand hadden; en des middags, kwamen wy op de Plantagie la Paix, welkers eigenaar, de heer RIVIERE, ons ter maaltyd onthaalde.

De lezer zal zig herinneren, dat dit zelfde voorval plaats had, toen ik, twee jaaren te vooren, te Devil's Harwar het bevel voerde. Indien ik toen een genoegzaam getal manschappen en krygsbehoeften tot den tocht gehad had, zoude ik aan de Volkplanting den gewichtigsten dienst gedaan hebben.

Ik vond op Devil's Harwar eene kleine bezending van thee, koffy, beschuit, boter, suiker, limoenen, rhum, en twintig flessen goeden wyn, die myne vrienden van Paramaribo my naar den post van la Rochelle toezonden.

Het geen, naar myne gedachten, Devil's Harwar zoo ongezond maakt, zyn de groote muggen, en de meenigte zand-muggen, waar door men gekwelt word.

Maar hoe verstyfde my het bloed, toen de Quartiermeester my als een geheim verhaalde, dat myn Sergeant, genaamt FOWLER, na myn wyn te hebben uitgedronken, aan dit ongelukkig meisjen geweld had willen plegen; dat hy, des anderen daags te Devil's Harwar komen zoude, en dat ik de teekens der billyke gramschap van JOANNA op zyn gezicht zien zoude.

De hangmatten en kleederen der soldaaten verrotten van dag tot dag, niet alleen uit hoofde der aanhoudende vochtigheid, maar ook om dat ze van slegte stoffen, uit Holland gezonden, gemaakt waaren. Den 3den ontfing ik de tyding van den dood van den Lieutenant STROMER, op Devil's Harwar. Den 4den, begaaven wy ons derwaarts, om hem de laatste eer te helpen aandoen.

Myne soldaaten, op de drie wachtplaatsen, namelyk op de twee vaartuigen, en te Devil's Harwar, waaren versmolten van twee-en-veertig op vyftien, zonder eenen enkelen Heelmeester, en zonder de minste verkwikking. Wy waaren omringd door dikke bosschen, en blootgesteld aan de woede van eenen vyand, waar onder wy ontwyffelbaar bezweeken zouden zyn, zoo hy de elende van onzen staat geweten had.

Groote sterfte onder het krygsvolk. Gezicht van de wacht-post van Devil's Harwar. Den 3den July 1773, des morgens ten vier uuren, ligtten onze beide vaartuigen het anker, en met behulp van het vallend water zakten wy af tot het Fort Amsterdam, alwaar wy wind, eb en vloed hebbende, onder de battery het anker lieten vallen.

Na een gedeelte van den weg slapende te hebben overgebracht, bevond ik my des anderen daags morgens te Devil's Harwar, alwaar ik vernam, dat die zelfde GIBHART, van wien ik zoo even sprak, kortlings aldaar was overleden. Des avonds kwamen wy op de Plantagie Beekslied. Myne roeijers arbeidden met veel yver.

Woord Van De Dag

schapenhoedster

Anderen Op Zoek