United States or Laos ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Hélas schrijft Philippe de Croy uit Karel de Stoute's kamp voor Neuss , sont dames pour nous entretenir, pour nous amonester de bien faire, ne pour nous enchargier emprinses, devises, volets ne guimpes!"

Bij het weinige licht, dat door de opening in de rots drong, schreef Jean de Croy een brief aan zijne echtgenoote, haar dringend verzoekende, dat men hem nu aanstonds zou komen verlossen. Hoe en waarmede schreef hij dien brief?

De geweldige jager, die toen over Chimay regeerde, Jean de Croy, ontzag zich niet, naar het schijnt, om met zijne honden te gaan jagen in de bosschen van Couvin en zich alzoo meester te maken van wild, waarop hij geen recht had.

La destruicte France! Par qui? Par vous. Comment? En tous estats. Tu mens. Non fais. Qui le dit? Ma souffrance. Que souffres tu? Meschief. Quel? A oultrance. Je n'en croy rien. Bien y pert N'en dy plus! Las! si feray. Tu perds temps. Quelz abus! Qu'ay-je mal fait? Contre paix. Et comment? Guerroyant.... Qui? Vos amys et congnus. Parle plus beau. Je ne puis, bonnement."

Bij den intocht van Lodewijk XI te Parijs in 1461 dragen de paarden van Charolais, Croy, Saint Pol en anderen op hun dekkleeden tal van groote klokken; dat van Charolais draagt er een op den rug, die tusschen vier pijlertjes hangt. Karel de Stoute verschijnt op een tournooi in een feestgewaad bedekt met rinkelende rijnsguldens; Engelsche edelen dragen hun kleed bezet met gouden nobels.

Een groet aan Ecaussines-Lalaing, vroeger het eigendom der prinsen van Croy, nu van het doorluchtig geslacht van Arenberg; aan Ecaussines-d'Enghien, met zijne schilderachtige gothische kapel; aan Trazegnies, den eerwaardigen, door velerlei restauraties misvormden burcht, de aloude bezitting van een hoog en edel geslacht.

De geweldige jager, die toen over Chimay regeerde, Jean de Croy, ontzag zich niet, naar het schijnt, om met zijne honden te gaan jagen in de bosschen van Couvin en zich alzoo meester te maken van wild, waarop hij geen recht had.

Een ander verrader van hoogadellijken bloede was Karel van Croy, prins van Chimay, de zoon van den hertog van Aerschot. Chimay had zich door den ijver, welken hij voor het protestantisme aan den dag legde, en tengevolge waarvan hij met zijn vader in oneenigheid leefde, het vertrouwen der patriotten verworven; hij was tot gouverneur van Vlaanderen benoemd.

Een groet aan Ecaussines-Lalaing, vroeger het eigendom der prinsen van Croy, nu van het doorluchtig geslacht van Arenberg; aan Ecaussines-d'Enghien, met zijne schilderachtige gothische kapel; aan Trazegnies, den eerwaardigen, door velerlei restauraties misvormden burcht, de aloude bezitting van een hoog en edel geslacht.

De eerste en nauwste raden van den hertog waren herhaaldelijk tegenwoordig bij de beraadslagingen: de kanselier Nicolaas Rolin zelf en Antoine de Croy, de eerste kamerheer werden ertoe geroepen, eer men het eens was, hoe "les cérimonies et les mistères" moesten worden opgezet. Het relaas van al dat fraais is zoo dikwijls gedaan, dat het hier niet behoeft te worden herhaald.