United States or Spain ? Vote for the TOP Country of the Week !


Eindelijk haalde hij het briefje van Ulrica, dat hij bij Boukes komst verborgen had, weder voor den dag, las en herlas het, scheurde bij mangel aan schrijfgereedschappen een blaadje uit zijn zakboek en wilde met potlood een antwoord aan Ulrica gaan schrijven, toen de deur zich opnieuw opende en iemand binnenliet, die hem in deze oogenblikken boven allen welkom wezen moest, namelijk den Predikant Raesfelt.

De reizigers volgden dien raad en gingen in een kroegje dat vlak aan den weg stond, gevolgd door de vrouw van Teun Wezer, in dewelke Joan nu zijn speelkarnuit Klaartje, Boukes nicht, herkende. "Wel Klaartje!" vroeg hij haar na de eerste groete, "hoe maakt gij het al in den echten staat?"

En hiermede liep dit merkwaardig gesprek tusschen Bouke Boukes en Geertrui Claassens ten einde. Gommer en Armyn te hoof Twisten om het recht geloof. Vondel. Terwijl de gemoederen der ingezetenen van het slot door de plaats gehad hebbende omstandigheden alzoo verontrust werden, ging de Predikant Raesfelt mede onder zijn eigene, waarschijnlijk nog zwaardere bekommernissen gebukt.

Van de aanwezige gasten hadden de Jonker van Scherpenzeel en Botbergen tot nog toe het meeste voordeel behaald: de eerste omdat hij goed, de laatste omdat hij buiten zijn eersten misworp, gelukkig gespeeld had. Toen nu Joan zou spelen, zagen al de omstanders scherp toe, omdat zij, na Boukes gezegde, een meesterlijken worp verwachtten.

Alleen het fonkelend oog van Klaartje, Boukes nicht, herkende haar voormaligen vrijer: en het nieuwe gewaad, waarin zij hem weder zag, strekte niet weinig om haar achting voor zijn persoon te vermeerderen: ja zij werd grootsch op haar eigen doorzicht: want reeds lang geleden, toen iedereen zeide, dat Teun Wezer voor de galg opgroeide, had zij alleen staande gehouden, dat men hem onrecht aandeed en dat hij in tegendeel zeer wel zou voortkomen.

Hij gevoelde dat het scherpziend oog van den ouden dienaar het oogmerk van zijn geheimzinnigen uittocht licht doorgronden zoude, en gaarne had hij een onderhoud vermeden, 't welk hij nu voorzag, dat noodzakelijk plaats moest hebben. Hij beantwoordde dus Boukes morgengroet kortaf en zag met een verstrooiden blik in 't rond.