Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 5 mei 2025


De vorstelijke Stadhouder, op wiens schouderen zoo groote en zoo moeielijke staatszorgen rustten, kwam byna jaarlijks naar herwaart over, om er in zijn geliefkoosd jachtbedrijf eene verkwikkende uitspanning te vinden; en de krachtige hand, die in die dagen het evenwicht van Europa omklemde, en Frankrijks trotschen Koning onverwrikt diens plaatse aanwees schoot hier met vrolijke behendigheid den valk op, of loste het jachtroer op den borsteligen ever of het snelvoetige hert.

Dat zijn moedige menschen, die het wagen eenzaam te wonen. 't Is de dag, nadat Falco den Etna bekranst heeft. Donna Silvia zit voor haar huis te spinnen. Zij is alleen, niemand anders is op de hoeve. Een bedelaar sluipt zacht door de tuinpoort. Hij is een oude man met een langen, krommen neus, die over de bovenlip hangt, een borsteligen baard en doffe roodgerande oogen.

Als tegenhanger van die algemeene vertrouwelijkheid, was er één onder hen, voor wien al de anderen een soort van ontzag schenen te hebben. Zij noemden hem "kornel," zooals men weet, een verbastering van het woord "kolonel," dat "overste" beteekent. Die man was lang en mager; met een gladgeschoren gezicht, met scherpgeteekende gelaatstrekken, en een borsteligen, roodkleurigen keelbaard.

»Mijnheer de Voorzitter," stamelde de blauwe bril, »ik dank u," en hij stapte van het platform met den stillen wensch, dat Johannesburg op dit oogenblik aan zijn vier hoeken tegelijk in brand mocht vliegen. Nu stond eene kleine vent op met een vrijpostigen blik en een borsteligen baard. »Schoenpik, houd je bij je leest!" riep de inspecteur.

Ik had mij gedroomd den Van Deyssel van de portretten, den tot zich zelf gekeerden, met donkeren blik en borsteligen baard.... Ik had gedacht, dat hij onbeweeglijk zou tronen in het halfduister van een wijd vertrek met lood-gevatte ruitjes en langs de wanden hooge boekenstapels.

Hij hield hem voor een ouden, leelijken koopman met een rimpelig gelaat en een borsteligen baard. Niemand kende don Ferrante, die hem 's Zondags niet de muziek had zien dirigeeren. "Heden had hij een nieuwe uniform aangehad. Hij droeg een driekantigen hoed met groen-rood en witte pluimen, een zilveren kraag, epauletten met zilveren franje, zilveren tressen op de borst en een sabel op zij.

Het zwart en ruige dier, half in dat groen verstoken, Ligt in zijn volle lengte, en knorrend, neêrgedoken. By wijlen steekt hy 't oor door 't nat gebladerte op, En richt van 't laauwe mosch den borsteligen kop. Hy wordt onrustig.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek