United States or Tuvalu ? Vote for the TOP Country of the Week !


Weldon, Jack, Dick Sand en zelfs neef Benedictus volgden hem terstond. En werkelijk gaf op vier mijlen onder lij, een zekere borreling te kennen dat een groot dier zich te midden der roode golven bewoog. Vooral walvischvaarders konden er zich niet in vergissen. Maar de afstand was nog te groot om de soort te kunnen onderscheiden, waartoe dit dier behoorde.

Het was waarlijk jammer dat neef Benedictus behalve entomoloog ook niet botanist was! Had hij tot nog toe geen zeldzame of nieuwe insecten gevonden, in plantenkunde zou hij prachtige ontdekkingen gedaan hebben. Er was een rijkdom van planten en gewassen van allerlei grootte, welks bestaan in de tropische wouden der Nieuwe-Wereld nog niet vastgesteld had kunnen worden.

De schaaldieren maken een van de zes klassen der gelede dieren uit als ik me niet bedrieg, en als zoodanig...." "'t Zou wat!" zei nogmaals neef Benedictus, het hoofd schuddende. "Hoor eens! 'k Vind u vrij onverschillig voor een entomoloog!" "Entomoloog, goed," antwoordde neef Benedictus, "maar meer bijzonder hexapodist, kapitein, onthoud het goed!"

Het was vóór alles noodig kracht op te doen voor een flinken dagmarsch en dit werd dan ook terecht door allen begrepen. Voor het eerst misschien snapte neef Benedictus dat eten geen onverschillige of nuttelooze verrichting van het leven was.

"Maar ze zijn zoo klein dat men ze bijna zeeinsecten zou kunnen noemen. Neef Benedictus zou er misschien gaarne zijn verzameling mee willen verrijken!" "Neef Benedict!" riep zij toen. Neef Benedictus kwam toen uit zijn hut te voorschijn, bijna gelijktijdig met den kapitein. "Neef Benedictus," zei Mevr.

Hercules riep hem met alle kracht zijner machtige longen, en bijna onmiddellijk daarop zag men den entomoloog haastig den steilen oever afklimmen, op gevaar af zich den nek te breken. Neef Benedictus was woedend. Hij had geen enkel nieuw insect in het bosch gevonden, neen, geen enkel dat waard was in zijn verzameling te prijken!

Benedictus XIII, de paus van Avignon, en daar feitelijk opgesloten, zweert, ten teeken van droefheid zijn baard niet te laten scheren, aleer hij de vrijheid herkregen heeft. Als Lumey dezelfde gelofte doet met betrekking tot de wraak voor Egmond, hebben wij te doen met een laatsten uitlooper eener zede, die in den verren voortijd heilige beteekenis had gehad.