United States or Greenland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Sinds 1793, het jaar waarin ze berooid en doodarm Corsica waren ontvlucht en naar Toulon geweken, was er in hun levensomstandigheden een groote verbetering ontstaan; ze bezaten thans hotels te Parijs, kasteelen in de omstreken; Jozef en Lucien stonden met het gouvernement op vertrouwelijken voet, gaven diners aan ministers en letterkundigen, heetten beschermers der schoone kunsten, deden aan belletrie en leidden een lui, lekker leventje.

Deze stads- of dal-dialecten zijn in Italië, alle met schier denzelfden ijver als eigenlijke talen aangekweekt geworden. Ieder van hen bezit zijne eigene, rijke literatuur, niet alleen poëtische en prozaïsche belletrie, maar ook menig ernstig werk, philologische geschriften, woordenboeken, grammatica's.

Geen land brengt zoo slecht geschreven belletrie voort, zoo vervelend en geesteloos werk in romanvorm, zulke kinderachtige laag-bij-den-grondsche tooneelspelen. Het kan ook niet anders. Het peil van het publiek is van dien aard, dat geen kunstenaar het bereiken kan. Het is tegelijkertijd te gemakkelijk en te bezwaarlijk om populair romanschrijver te zijn.

Ik kan echter niets in deze romance ontdekken, dat er op wijst, dat zij bepaald vertaald is, en het lijkt mij het waarschijnlijkst, dat de verklaring van den schrijver moet worden opgevat als een truc, die door de dichters van het oude Spanje veel werd toegepast om hunne geschriften te omgeven met een waas van geheimzinnigheid, of om zich te beschermen tegen de meedoogenlooze kritiek, die in dien tijd, toen ongeveer alle bewoners van het Schiereiland behept schijnen te zijn geweest met een manie voor belletrie, daar gebruikelijk was.

Dat ook de belletrie sterk in het teeken der magie stond, blijkt o.m. uit Heliodorus' "Aethiopische verhalen", een roman die zoowel door fijne compositie als door fraaie beschrijvingen uitmunt en waaraan nog in latere tijden beroemde auteurs veel hebben ontleend.

Anders is het echter gesteld met de letterkundige kunstwerken, waaronder hier te verstaan zijn alle geschriften, die tot de "belletrie" of "schoone letteren" behooren, dus: poëzie, tooneelstukken, romans, novellen enz.

Hortense was ruim zestien en niet mooi maar zeer bevallig; zij danste uitmuntend, teekende, zong, speelde piano en harp, deed aan belletrie en was, zoolang ze niet ruw of norsch werd bejegend, zachtaardig en meegaande; daarbij was zij nog altoos even doodelijk van haar moeder van wie ze niet één harer gebreken zag. Om deze reden hield ze niet van haar stiefvader.

Altijd brieven? Ik hoû heel veel van correspondeeren. Met mijn broêr en mijn zuster in Indië. Maar toch niet altijd. O neen. Wat schrijf je dan nog meer? Je wordt indiscreet, hoor! lachte zij. Nu kom, ik! lachte hij terug, als mocht hij wel. Toch geen belletrie? Wel neen. Mijn dagboek. Hij lachte luid, vroolijk op. Jij een dagboek! Wat zal jij met een dagboek doen!