Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 juni 2025
Ditmaal is het een van de zes afgevaardigden van de Parijsche Universiteit, een dokter in de theologie en wel Nicolas Midy, die de eer geniet de ongelukkige veroordeelde, in hare laatste oogenblikken, te mogen toespreken, en hij doet dit, evenals Beaupère, zijn voorganger, in heftige en beleedigende bewoordingen. Als tekst neemt hij een woord uit den eersten zendbrief van Paulus aan de Corinthiërs: (XII:
Beaupère is een zeer beroemd man van groot gezag. Hij maakt bijna het geheele proces mede. Plotseling drie dagen voor het eind-vonnis verlaat hij Rouaan. Hij vlucht onder voorwendsel dat hij naar Bazel moet vertrekken om het Concilie bij te wonen. Zijne mede-afgevaardigden zijn: Pierre Maurice, die later Jeanne op den 23en Mei in een lange redevoering zal toespreken.
Beaupère neemt het verhoor over en stelt haar eenige vragen van minder belang, maar Jeanne wendt zich nogmaals tot Cauchon zeggende: »Gij zegt, dat gij mijn rechter zijt; wees voorzichtig; gij brengt U in groot gevaar«.
Nog even voor de zitting wordt opgeheven vraagt Beaupère haar of zij gewond is geweest, omdat men algemeen geloofde in dien tijd, dat de heksen, wanneer zij gewond werden, met hun bloed hun macht verloren. Beaupère put zich werkelijk uit in spitsvondigheden, doch voorloopig nog zonder veel resultaat.
»De quo responso interrogantes fuerunt multum stupefacti,« verklaart verder de getuige uit het proces van Rehabilitatie, Boisguillaume, aan wien wij deze bijzonderheden verschuldigd zijn. »Verbaasd«, wij gelooven het graag, over zooveel gevatheid, en zulk een goddelijken eenvoud, maar wij zouden, al vinden wij dat ook niet vermeld in de getuigenverklaring, er aan willen toevoegen »grootelijks verlucht«. Verlucht na de angstige spanning waarin de netelige vraag van Beaupère hen allen gebracht had en waaruit het voortreffelijke en verrassende antwoord van Jeanne hen had verlost.
Besloten werd de volgende zittingen in een kleinere zaal te houden en minder publiek toe te laten. Den volgenden dag, 22 Februari, is het niet Cauchon, die ondervraagt, maar Maurice Beaupère, één van de zes afgevaardigden, die de Parijsche Universiteit tegen den aanvang van het proces in allerijl naar Rouaan had gezonden om deel te nemen aan het geding.
Maar ik ben tevreden met de kleeren die ik heb, omdat het Gode welgevallig is, dat ik ze draag«. Enkele vragen omtrent hare stemmen weigert zij ook ditmaal te beantwoorden. Op een bijzonder moeilijke vraag van Beaupère betreffende het vraagstuk van de genade Gods, geeft zij zoo'n handig en voortreffelijk antwoord, dat hare rechters er verbaasd over staan.
De scène is van groot belang en wij willen haar derhalve hier in extenso weergeven. Beaupère verhoort en aan hem dus ook vermoedelijk de eer voor de uitvinding van deze buitengewoon verraderlijke vraag, die men, zooals Michelet het uitdrukt, zonder misdadig te worden aan geen levend wezen mag stellen. Een huivering vaart door de gansche rechterschaar.
In den morgen van den 24en Mei bezoekt Jean Beaupère Jeanne in haar kerker, ook ontmoet ze Nicolas Loiseleur nog. Beiden trachten haar nog te overreden zich te onderwerpen aan de Kerk en Loiseleur doet haar zelfs valsche beloften en valsche voorspiegelingen.
En eindelijk Nicolas Midy, die later de beruchte twaalf artikelen zal opstellen. Hij en Beaupère zijn wel degenen, die het heftigst zijn in hun aanvallen op Jeanne. Aan Midy wordt opgedragen de veroordeelde toe te spreken den dag van haren dood, maar ook dat zelfs doet hij in heftige en beleedigende bewoordingen. Hij zelf sterft later melaatsch, na een lang en bitter lijden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek