Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 8 september 2025


Daarenboven, mher Gervaas, wat is gemakkelijker, indien de poorters een slecht gebruik van de hun verleende rechten maken, dan hun die rechten weder te ontnemen?" De veldheer stapte mijmerend voort. "Maar zeg eens, mher Gervaas", vroeg Baudewijn Van Aelst, "mij heeft de koning nog eenen anderen last opgelegd. Ik ging het haast vergeten. Karel van Denemarken was rijk. Waar is zijn schat gebleven?"

Baudewijn Van Aelst trad vooruit en, na de stilte door eenige bazuinklanken was bevolen geworden, zeide hij tot de hoofdmannen: "Poorters van Brugge, ik ben tot u gezonden door den koning van Frankrijk. Hoort, wat hij u schrijft."

Baudewijn Van Aelst, die hun aanleider scheen, begon in stilte met mher Gervaas Van Praet en met den voorschepen te spreken. Ongetwijfeld deelde hij hun gewichtige dingen mede; want de veldheer scheen spijtig en betuigde zijne ontevredenheid door bittere woorden.

Baudewijn Van Aelst, om deze laatste tegenwerpingen te versmachten gebood nog eens de stilte en sprak: "De koning van Frankrijk is nu op reis naar Vlaanderen, aan het hoofd van twintigduizend uitgelezene krijgslieden. Binnen eenige dagen zal hij zelf met den nieuwen graaf te Brugge komen, en zijne beloften u in het openbaar bij eede bezweren.

Er heerschte eene groote stilte onder de luisterende hoofdmannen Zij hielden zwijgend de oogen op den koninklijken bode, van wien zij eene uitlegging over de zonderlinge tijding schenen te vragen. Baudewijn Van Aelst nam het woord en sprak: "Hoort, poorters van Brugge, wat de koning van Frankrijk mij belast heeft u te boodschappen.

Baudewijn Van Aelst gaf den wapenbode bevel om, buiten den dam, tot aan den voet van den muur der proostdij te naderen en daar de bazuin te blazen. Hij volgde hem zonder vrees met twee andere ridders. Na eene wijl verschenen de oversten der Kerels boven den muur: Bertulf de proost, zijn broeder de kastelein, zijn neef Burchard Knap, Yorg Koevoet en eenige anderen.

De Isegrims hebben ons weder verraden. Het was te voorzien: zij zijn altoos de dienaars en vleiers der vreemdelingen geweest!" Een nieuw bazuingeschal herstelde de stilte, en Baudewijn Van Aelst zette dus zijne rede voort: "Wij allen, ridders, die nu tot u gekomen zijn, en vele anderen nog, hebben Willem van Normandië tot graaf gekozen en hem als zulken eed gezworen en hulde bewezen.

Wilt gij deze beide voorwerpen mij ter hand stellen, dan zal mher Baudewijn Van Aelst, zooals hij mij gelast heeft u te beloven, de voorwaarden der overgaaf aanvaarden en vervullen." De omstanders lieten een hevig gemor hooren en betuigden luid dat zij geen het minste vertrouwen meer in de beloften der Isegrims hadden en in deze boodschap niets zagen dan eene nieuwe poging tot verraad.

Woord Van De Dag

ploats

Anderen Op Zoek