Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 oktober 2025
Op dien tocht liepen ze eene kleine, natuurlijke haven binnen, en hoewel de bewoners aanvankelijk zeer schuw waren, gelukte het den Spanjaarden toch ook met hen vertrouwelijk te worden. Columbus kreeg zelfs een bezoek aanboord van een' jongen Vorst of Kazike, en deze vereerde den Admiraal een' sierlijk afgewerkten gordel en twee stukken goud.
Al wat een wapen dragen kon, werd in de wapenen geroepen om den verwaten Admiraal met zijne wilde legerhorden te keeren, en als een bewijs, dat deze maatregelen van voorzorg hoognoodig waren, liet De Bobadilla terstond Don Diego in boeien slaan en zoo aanboord van een der schepen brengen. Vol spanning wachtte men op den bode, die het bericht brengen zou: »De Admiraal komt!«
Daar nadert Vicente Pinzon in eene boot, die zoo pas de »Nina« verlaten heeft. Wat reppen die roeiers zich! Wat is er eene haast! Oproer aanboord soms? Weigert men langer het Westen in te gaan? Men buigt zich over de verschansing. Vicente komt aanboord en van onder zijn kleed haalt hij een soort van rozetak met nog half gave bloemen te voorschijn.
Al heel spoedig echter werd Columbus tot eene andere dwaling gebracht. Drie der tolken, die aanboord van de »Pinta« waren, herkenden het land zeer goed, en nu zeiden ze tot Martin Alonzo Pinzon, dat achter de kaap, die daar voor hen lag, eene rivier was, en slechts vier dagreizen daarvan verwijderd was het zoogenaamde »Cubanacan«.
Zeker is het, dat als aan iemand de belooning moest uitgereikt worden, deze niet toekwam aan Columbus, want hij had zich wel gewacht om stellig te verklaren: »Land vooruit!« Ook aan het volk, dat bij hem aanboord was, kwam die belooning niet toe, want het volk der »Pinta« was hun voor geweest.
Weer gingen drie dagen in onafgebroken kalme, westelijke vaart voorbij, en was het Donderdag, de elfde October. Daar komt Alonzo Pinzon bij den Admiraal aanboord, en toont hem een riet en een' gesneden stok aan. Zijn volk had die voorwerpen opgevischt, en men had ook een' boom zien drijven.
Daar, door eene langdurige reis, zijn scheepsvoorraad aan levensmiddelen in Amerika noodwendig moest aangevuld worden, zoo nam hij te Santa Fé, eene stad in de nabijheid van de Rio la Plata, bij gebrek aan wat beters, een soort van knollen aanboord, welke daar groeiden en door de inlanders gegeten werden. Van deze knollen had hij nog over toen hij eene Iersche haven binnenliep.
Een Zeekoning, Earl of Jarl, was dus niet veel anders dan een rooverhoofdman ter zee, die er roem op droeg, den drinkhoorn nooit aan den huiselijken haard, maar steeds aanboord geledigd te hebben, en die liever onder de berookte balken van zijn klein, maar sterk vaartuig sliep, dan aanwal, onder een gezellig huisdak.
Dat gevaar vermeerderde nog toen Columbus een' zekeren Don Hernando De Guevara naar Xaragua gezonden had, met bevel zich daar aanboord van De Hojeda in te schepen, omdat hij voor de kolonie een gevaarlijk persoon was. De Hojeda was evenwel vertrokken en de woelzieke Ridder kreeg van Roldan vergunning om te Xaragua te blijven. Doch wat gebeurde?
Hij had gevangenen aanboord, antwoordde hij, en als men die op de slavenmarkten verkocht, had men óók goud. »Ander goud is er niet veel meer op Hispaniola,« zeide hij smadelijk, en hing verder een zeer droevig tooneel van heel de Kolonie op.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek