Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 6 juni 2025
Den 17den October 1836 met de Bellona, commandant kapitein ter zee Arriëns, uit Nieuwediep vertrokken, kwam Prins Hendrik den 9den Februari 1837 ter reede van Batavia, na gedurende 14 dagen te Rio de Janeiro te hebben vertoefd. De reis had dus 102 zeedagen geduurd. De Bellona was vergezeld van Z. M. brik Snelheid, onder bevel van den kapitein-luitenant ter zee Ferguson.
Mooier dan in het Wonderjaer, vonden de Vlamingen in den Leeuw van Vlaenderen een taal terug, die ze voor letterkundig gebruik ongeschikt hielden, en op dit meer bezonnen werk hadden met meerder reden de woorden kunnen toegepast worden van een aan Conscience onbekend lezer, die hem in 1837 schreef:
De oudste stukken in dit boekdeel, waarin geene van een latere dagteekening dan het jaar 1841 voorkomen, zijn: Een Beestenspel, dat reeds in den Studenten-Almanak voor 1837 een plaats vond, en Vooruitgang, opgenomen in het October-nommer van De Gids van dat zelfde jaar. Wat Een Beestenspel betreft, ik hoop dat het Nederlandsch Woordenboek zich ontfermen zal over den Naam.
De brief, dien hij ontving, was van den volgenden inhoud: Rotterdam, 13 Juli 1837. Waarde Neef! "Ik ben frisch en gezond, en verwensche van uwé het zelfde te hooren; ware het anders, het zou mij van harte leed wezen.
Noch vóór hem, noch na zijn dood, in 1837, is in Indië een Yogin bij machte geweest tot een dergelijke prestatie. Ons zijn twee gevallen bekend, waarin deze proefnemingen van Yogin's met den dood eindigden. Haridas was afkomstig uit Lahore, in het noordwesten van Indië, en leidde als Yogin een zwervend leven. Hij werd wegens zijn bijzondere gaven algemeen als een heilige vereerd.
In "Het Antwerpsch Nieuwsblad" van 1837 wordt verslag gegeven over "Een hertroerend vertoog dat vóorleden Zondag heeft plaets gehad by den Oever alhier: "Eenen ouden gedienden der fransche legers, nog met den uniform van dat land gekleed, geboortig van onze stad, was na zyn vaderland teruggekeerd.
Zijn geest scheen weer levendig te worden, nadat de Arabieren zich van de stad hadden meester gemaakt. Ten minste tot aan de verovering door de Franschen in 1837 was en bleef het een roofnest van de ergste soort. Hierbij werd de stad vooral begunstigd door haar eigenaardige ligging. Deze is inderdaad zeer bijzonder.
Zondag 17 September 1837 zou een drukke dag worden voor de militairen, die nog altijd sedert begin Mei van dat jaar opnieuw in Bunschoten ingelegerd waren, nadat de vervolgden gedurende enkele dagen verademing gekregen hadden. Dien dag moesten ze op verschillende plaatsen tegelijk de orde handhaven.
Zie verder het belangrijk artikel van VERDAM in: Versl. en Meded. der Kon. Akad. v. Wet., 4e Reeks, Deel IV. Vgl. vs. 165 vlgg.; 1100, 1292, 1310, 1342, 1584, 1752, 1760, 2076; vs. 217 vlgg.; 478, 930, 1352 en de telkens volgende verzen. Vgl. o.a.: 376, 660, 1837, 1843, 2857, 3678; vs. 345 vlgg.; 860 vlgg.; 644, 650, 1277, 666; 1775-8, 1802, 1910. Vs. 517, 757 vlgg.
H. M. A. J. van Asch van Wijck, wiens ijver en belangstelling mijne nasporingen in het Utrechtsche Archief in 1837 zoo aangenaam en nuttig maakten. Aant. 8, op bladz. 38. Aard der Friesche Vrijheid. Dirks heeft die togten tegen de Wilten en Avaren historisch toegelicht in de Vrije Fries, V 29.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek