Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 juli 2025
De Bisschop had een geweldige stormkat met zich gebracht, en de bloedige bestormingstooneelen van 1280 gingen zich vernieuwen.
Zag fier van de transen langs d' Yssel-boord rond: want de Graaf, het kasteel met den zwaarde gewonnen hebbende, deed het door zijne eigene wapentuurs bezetten. Er bestaat verschil omtrent de opgave van den tijd dezer gebeurtenissen; maar wanneer men alles naauwkeurig nagaat, moeten zy ongeveer in den nazomer van 1279, en in den voorzomer van 1280 hebben plaats gehad.
In de herfst steeg de nood ten top, een groot aantal leefden van distels en zeker kruid, hondribbe genoemd. Verg. West. Jaarb. I. 356; F. Sjoerds, Jaarb. Bl. 97. Omtrent den jaare 1280. De ware oorsprong der oude Partijschappen, zoo in Friesland als andere Provincien en Landstreken, is veelal met de oudheid zelve verdwenen, en de waarheid dus moeijelijk uit te vinden.
In 1265 schonk Bisschop Hendrik van Vianden aan Oudewater stedelijke rechten, doch kort daarop, in 1280, verpandde Bisschop Jan van Nassau de stad aan zijn neef Floris V. Daar deze verpanding nooit werd afgelost, is Oudewater sedert aan Holland gebleven, al was de stad nog herhaaldelijk het slachtoffer van den strijd tusschen de bisschoppen en de graven.
De 17de eeuw heeft ook de beide poortgebouwen van het slotplein en den voorburcht zien verrijzen, met de weidsche stallingen en koetshuizen, die den voorhof omgeven, opvolgers van de »bouwinghe«, de boerderij voor het kasteel, die in 1280 vermeld wordt. Daarbuiten, nog verderaf, liggen buitenhof en moestuin, in den met hooge boomen beplanten singel, die het Rijnwater keeren moet.
Reeds sedert een geruimen tijd waren in Friesland de twee partijen ontstaan, van welke ik hierboven heb gewag gemaakt, en welke zich omtrent het jaar 1280, nadat zij lang zonder bepaalde leuzen gewoed hadden, door onderscheidene teekenen, levenswijs, en de benamingen van Schieringer en Vetkooper, van elkander onderscheidden.
In het jaar 1280 had een schrikkelijke brand de oude Hal bij de Markt gans vernield. De houten toren, die dezelve bekroonde, was met alle handvesten der stad Brugge door de vlammen vergaan . Enige zware muren waren echter in het onderste gedeelte van het gebouw ongeschonden blijven staan; en met deze nog enige vertrekken die men soms tot wachthuizen gebruikte.
Omtrent den jaare 1280, na dat de Friesen van de geduurige bespringingen der Graaven van Holland en der Noormannen, hunnen hals nu vryer hadden, zyn de oude wrokken, die in 't offeren om den voorrang zo meenigmaalen ontstaan waren, weder opgeborsten, en de stinsen, voorheenen tegen de uitlandsche vyanden gemaakt, wieschen nu in getal en meenigte: en onder schyn van bescherminge tegen de stormende watervloeden, wierden de landeryen en dorpen met hooge wieren van aarde digt te zamen gestampt, daar gemelde stinsen op gebouwd wierden.
Duidelijk openbaarde zich die sympathie bij zekeren BALDWINUS, die omstreeks of eenigen tijd vóór 1280 aan ons gedicht de zeldzame eer eener vertaling in het Latijn bewees. Maar indien de Reinaert daardoor al in de schatting ook der ernstige mannen gerezen is, dan toch waarschijnlijk alleen omdat hij ook nuttige lessen bevatte.
Haar hoogte, hoewel geringer dan die der meeste andere hoogvlakten, bedraagt toch nog 1280 M., en al is de koude er niet zoo hevig als te Erzeroem, de winter duurt er bijna even lang; met meer sneeuw en minder ijzigen wind.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek