United States or Belgium ? Vote for the TOP Country of the Week !


Karren met hout voor stellages en borstweringen, of met groene sparretakken en ander loof beladen, reden gedurig heen en weder naar de groote markt, of het Zand, gelijk het toen genoemd werd, dat tot het steekspel bestemd was en waar onze vriend Claes Gerritsz zwoegende en zweetende tusschen een vijftigtal werklieden op en neder liep, om te zorgen dat alles ter bestemder plaatse wierd gezet en beschikt: ofschoon zijn aanwijzingen meermalen werden veranderd en zijn bevelen in den wind geslagen, zoo dikwerf die in strijd waren met den last der Herauten, die, als bekend met al hetgeen bij zulke plechtigheden noodig en behoorlijk was, zich weinig aan zijn beklag of aanmerkingen deswege stoorden.

Hi! ha! dreunden de zweetende mannen, ze hielden de vrouwen aan de gebogen armen en stieten elkaâr in de ruggen op. Hi! ha! hijgden ze als moesten hun longen te bersten, voort donderden ze, stampend daverden hun voeten op het asfalt en ze sloegen een bres in het gedrang, op den hamerenden rythmus van hun wild gezang. Maar oogenblikkelijk rolde de bedding weêr vol en sloot de stroom zich toe.

Want en moge dit mijne beweringen ondersteunen: een vurig sociaal-demokraat als Van Oordt was, kan zeer wel een universeel-aangelegden geest bezitten, waardoor hij zoowel de ekonomische noodzakelijkheid en geestelijke schoonheid der sociaal-demokratie als de schoone noodwendigheid der middeleeuwen doorvoelt, maar zulk een vurig sociaal-demokraat kan onmogelijk een geest bezitten, die hem zich precieuslijk doet afwenden van de rumoerende en zweetende en zwoegende hedendaagsche maatschappij, om in eenzaamheid de fantomen van een begraven verleden te evoqueeren, dat aan sociale rechtvaardigheid niet rijker was.

De beide jongens echter sliepen niet, vonden dit heerlijk: deze weelderige wiegeling op de telkens wisselende slavenschouders. Zij keken steeds uit: de zweetende slaven glommen als gepolijst brons, als koper glommen zij soms in den zonneschijn. Er liepen gouden glansen over de zweet druipende zwartheid hunner spierige armen, er blauwden de schaduwspelingen over hun harige borst.

In z'n eene hand walmt een inbrandende sigaar. Zij schobbert verhit mee. D'r geelbruine, gepolijste haar is hoog opgenomen. Groote koperen knoppen glimmen in d'r rooie ooren. Zijn zweetende zwartachtige hand pleistert op haar witte jakje, dat er in rimpels en plooien onder fletst.

"Neen heer Ridder!" riep de Onderschout, die, met een gelaat zoo rood als een kalkoensche haan, zweetende en blazende kwam aangeloopen: "maar wanneer mijne dienaars 's Graven vrede opleggen, behoort die te worden in acht genomen: en het is mijn plicht hier alle twistzoekers in bewaring te nemen."

Ze sloeg de handen aan het voorhoofd, en trachtte zich te bezinnen. Eensklaps stiet ze een snerpenden gil uit. "Jean mijn kind." Ze zonk op haar knieën en betastte den vloer. "Hebben ze jou van me weggenomen?" Haar handen, zoekende, glijdende over den bodem, raakten de vochtige steenen van den wand. Ze richtte zich iets op het was alles steen dat zij vond klamme, zweetende kilheid.

Daar kwamen, zwoegende en zweetende, de Prior en een ander stokoude grijsaard met de planken van de etenstafel aanslepen: hier zag men er, die geheele deuren, kisten en koffers droegen: sommigen zelfs hadden de steen en uit den vloer en de houten beschotten der kamers uitgebroken: de vader Keldermeester hield, ofschoon met menige verzuchting, het opzicht over het ophijschen der wijnvaten, die vervolgens naar voren werden gerold: en met al deze materialen werd een bolwerk achter de voorpoort opgeworpen, bestemd om den vijand, zoo niet geheel te stuiten, althans zoolang op te houden, tot er hulp kwame.

O-o-o-h! zuchtte de menigte op van verluchting, want reeds, zoo dicht op elkaâr, zweetende in den morgengloed. Zoo was het móoi en goed....! Zoo was het heerlijk en zálig! Zoo was het gedempt en knùs....! Kijk, hoe de breede, roode banen zacht klakkerden, zacht wapperden, van de bries, boven die meer dan veertig-duizend koppen, die keken op.

Gy zult aldaar door geen enkel insect ontrust worden; want de geheele zwerm zal door den reuk van deeze meenigte sterk zweetende menschen benedenwaarts gelokt worden". Ik beproefde oogenblikkelyk dit middel, en sliep byna honderd voeten boven myne medemakkers, welken ik, uit hoofde van de onbegrypelyke meenigte en het aanhoudend gebrom deezer onaangenaame insecten, niet eens bemerken, noch zelfs hooren konde.