United States or Guadeloupe ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ze luisterden thans beiden, mulder en knecht, naar 't geklapper en gestamp der raderen, en 't sissen en schuimen der roerige beek. De één wist niet en de ander wist. "Ik zal zelf gaan zien " stamelde de mulder. Hij kleedde zich aan, en opende de deur van den molen. Wankelend trad hij binnen. Hij moest naderen, hij kon niet meer terug. Een donkere man stond voor hem, die hem zwijgend wenkte.

Laat me toch asjeblieft geen draak worden! O, o!" Plotseling werd het gegil nog heviger en akeliger, en groote blauwe en groene vlammen stegen van het haardvuur op. Het gebulder tegen de luiken duurde onophoudelijk voort. Vol ontzetting bedekte Mulder zijne oogen met beide handen en kroop in den donkersten hoek onder de tafel, waar hij voorover op den grond ging liggen.

Minder hardnekkige, en zelfs minder gevaarlijke strijden, zijn in schoone heldenverzen bezongen; maar de strijd tusschen Gurth en den Mulder moet onbeschreven blijven, uit gebrek aan een gewijden dichter, om recht te wedervaren aan die gewichtige gebeurtenis. Maar, ofschoon dit vechten met knuppels lang uit de mode is, zullen wij in proza voor deze stoute kampvechters ons best doen.

"Goed, en als een dapper landsmans gedaan!" schreeuwden de roovers. "Leve de eerlijke strijd en oud Brittanje! De Sakser heeft beurs en huid gered, en de Mulder heeft zijn man gevonden."

Neem uw knuppel, Mulder, en pas op uw hoofd; en gij anderen laat den boer los, en geeft hem een stok; het is licht genoeg, om elkander aan te pakken." Beide kampvechters, met knuppels gewapend, traden voorwaarts, in het midden van de open plek, om het volle maanlicht te hebben; terwijl de roovers hun makker lachend toeriepen: "Mulder! neem uw tolstok in acht!"

Even zoo was het gegaan met Lieven Vendrickx, de zoon van eenen man die vaandeldrager was en daarom eenvoudig Vendrik genoemd werd. Even zoo ging het ook met de kinderen van den eenigsten molenaar of mulder in zeker dorp, een man die dus nooit by zynen eigenen naam, maar steeds eenvoudig Mulder werd genoemd.

De raderen van den molen hadden geen voortgang in dezen tijd, en daarom was de mulder verwonderd, toen hij ontwaakte en den molen hoorde. Dat kon niet anders dan een droom zijn. Voer de wind wellicht door de takken? Neen, het was de molen, en de raderen ratelden. Alles was in de weer. Het huis dreunde. De mulder werd boos. Welke onverlaat dreef hem midden in den nacht zijn molen?

Toen zag hij, wat er in zijn molen gemalen werd. Guur gespuis was bezig, vijf Mark zilvers onder de steenen te vergruizelen. Vijf Mark zilvers, waarvoor de rijke mulder zich had vrijgekocht. "Ik heb twee paarden bij me," zeide de duistere gedaante. "We gaan rijden, Godeslas." De mulder staarde naar de geldstukken, die vermalen werden, en hij begreep, welke straf hij zou moeten lijden.

Geduldig als eene kat, die op een muisje loert, bleef Flipsen drie uren lang in zijne schuilplaats. Hij had toen geen drogen draad meer aan het lijf. Daarom, en ook omdat de jongens nu wel niet meer zouden komen, besloot hij, naar huis te gaan. Den volgenden avond vatte hij post in den tuin van Mulder, doch ook daar bereikte hij zijn doel niet.

De Mulder, van den anderen kant, den stok in het midden vasthoudende, en over zijn hoofd zwaaiende, op de wijze, die de Franschen faire le moulinet noemen, riep pochende uit: "Kom maar, boer, als gij durft; gij zult de kracht van een Mulders vuist gevoelen!"