United States or Falkland Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Onze eerste gesprekken met deze inboorlingen werden grootelijks vergemakkelijkt omdat een hunner eenige woorden engelsch verstond en sprak. Hij zeide Jack te heeten, had eene vrouw en twee kinderen bij zich en had in zooverre iets voor boven zijne stamgenooten, dat hij een mondvol engelsch verstond; voor het overige verkeerde hij in even ellendigen toestand als alle anderen.

Een jong Parijzenaar van goede familie had in dat district eene brandewijnnering opgezet en maakte snel fortuin. Hij had slechts met ééne moeijelijkheid te kampen. Onder zijne klanten telde hij een Amerikaansch matroos, die gedeserteerd was en die telkens met de pistool in de hand een mondvol brandewijn kwam vragen, maar zelden of nooit betaalde.

't Waar weinig, van een' grond, met bloetzweet overdropen, Den mondvol smaakloos brood voor pijn en angst te koopen: Maar 't lichaam zelf ontaardde, uit groven klei gevoed, Verdierlijkt, en hersteld uit rund- en lamm'renbloed.

Ik kan niet anders zeggen of, niettegenstaande mijn gedachten meestal te Amsterdam waren, ik deed eer aan het maal en vergastte mij recht op de zoo lang ontbeerde dorperwtjes, op het heerlijk rundvleesch en de geurige fruit, die mij werden toegediend; want welke voordeelen ook de Hoogduitsche keuken moge hebben, ik gaf toch aan den Hollandschen pot de voorkeur en groette elken mondvol, dien ik nam, met hetzelfde vermaak, waarmede ik een lang gemisten vriend de hand zou gedrukt hebben.

Gelijk met de soep, zoo ging het met het vleesch, met de groenten, met de pudding, in 't kort, met alles; en slechts bij toeval, of wanneer deze of gene kelner wat onhandig was in 't snel verruilen der borden, kon het Klein gelukken een mondvol van het een of ander behouden binnen te brengen.

En zijn pijp op het vuur zettende, spande hij een schrikkelijke kracht in om haar ineens aan te trekken, en ze daarop omkeerende, en een mondvol rook tegen den kop blazende, herhaalde hij, door de inspanning half uit zijn adem: "Kom daar reis om!"

Ondertusschen beet de zoon in den koek, spoog de mondvol uit, en begon te schreien. "Waarom schreit ge?" vroeg de vader. "Ik heb geen honger meer," antwoordde het knaapje. De glimlach des vaders kwam meer uit. "Men behoeft geen honger te hebben om koek te eten." "Mij lust die koek niet; ze is oudbakken." "Ge wilt hem niet?" "Neen." De vader wees hem de zwanen. "Werp hem den zwanen toe."

Jawel, als de luî bang beginnen te worden voor een mondvol zeewater, als ze liever dunne landkrabbensoep eten dan matrozengort, zeg dan maar: "Adjuus, Vereenigde Provinciën! Heel de wereld groeit je over den kop en je bent in tel als eene rotte kool bij eene groenvrouw! Huib, Huib, weet-je 't dan niet, ouwe jongen, dat de zee voor ons Gemeenebest alles is?

Dat was de dagelijksche aanbrengster voor mamsel Westphalen; zij kwam haar het nieuws uit de stad vertellen, en voor iederen mondvol nieuwstijdingen, die zij het slot inbracht, droeg zij een pot vol eten er uit. Zij had haren rok over 't hoofd geslagen en droop als een dakgoot, schudde zich eerst een paar maal af en zeide toen: "Br.... wat is 't een weêr!"

In mynen onoverwinbaren afkeer van allen lichaams arbeid, hoorde ik myne roeping tot een ander amt; ik was gehoorzaam, ik kategiseerde de kinderen en de vrouwtjes uit myn Buurt, voor een mondvol eeten, want de arbeider is zyns loons waardig.