United States or Antigua and Barbuda ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wij beiden gaan onder dat zwijgen ten gronde: ik in dit rampzalige huis, gij in uwe troostelooze afzondering. Als ge gelooven wilt dat ook ik je liefheb, als ge het hart vertrouwen wilt van een meisje dat arm is, dat de dochter is van eenen dronkaard, en dat zichzelve aanbiedt Herman hier, dan breng ik je mijzelve " »Suzette! lieveling!"...................

Ik heb hem goed gekend. Hij heette Jules. Hij had een vreemd, ongunstig uiterlijk, met iets valsch en gluiperigs in de oogen; en hij had ook een héél slechte reputatie: de reputatie van een luiaard, een dief, een dronkaard, een vechter en bijna een moordenaar.

Op het domplein stonden in donker groepjes mannen te praten, een enkele dronkaard liep in zichzelf gekeerd te zingen op lijzigen toon. Tamalone ging een herberg binnen, dronk in eenen teug den beker ledig en liep onbezorgder verder in den nacht, zijn open mantel wapperde vrij van zijn rug.

"Wat, met dien in zijn hersens gekrenkten kunstenaar Floris!" zegt Alva; dan vervolgt hij, op een toon zoo barsch, dat Oliver er van siddert: "En die dronkaard dacht, dat ik hem zou herstellen in zijn rang in het leger! Hij wilde mij vandaag een mededeeling doen, waarvan de veiligheid van het rijk misschien afhing, wat mij vier uur vroeger dan mijn plan was te Antwerpen bracht!

«Een half pintjezei de knaap op een fluisterenden toon. «En van morgen heeft zij evenveel gekregenvervolgde de burgemeester. «Neen, dat was gisterenantwoordde de knaap. «Twee halve maken één heel! Zij deugt niet! Het is treurig met zulk soort van menschen! Zeg tegen je moeder, dat zij zich moest schamen! En word jij maar geen dronkaard; maar dat zal je wel worden! Arm kind! Ga maar heen

Maar: Zijt gij de Duivel, zeide de dronkaard, ik ben zijn Moêr, en sloeg hem lustig met een stuk houts. Hij zou hem afgemaakt hebben, ten ware de priester, veranderende van stem, geroepen hadde: Hou op, ik ben geen geest, ik ben Heer Jan. Op die bekende stem sprong de vrouw uit het bed, en scheidde hen."

De teleurstelling bracht hem aan den drank zijn grootvader van moeders kant was een dronkaard en hij ging een losbandig leven leiden, hoeveel moeite er ook aan hem werd besteed. Goethe had den moed, in werken troost te zoeken.

Als geloovige, verachtte Enjolras dezen ongeloovige; als sober en matig, verachtte hij dien dronkaard. Hij verwaardigde hem met een weinig trotsch medelijden. Grantaire was een miskend Pylades. Immer door Enjolras ruw behandeld en teruggestooten, en toch terugkomende, kon hij nog van hem zeggen: "Wat fraai marmer!"

"Mijnheer pastoor, ik kan het niet beteren; maar ik zie er het kwade niet van in, dat 'k voortaan drie mark dagelijks in huis gebracht krijg...." "En een socialist, een dronkaard met bedorven hart. Hoeveel maanden of hoeveel weken denk je, dat de jongen je zijn loon in de hand zal leggen. Zul je hem daartoe dwingen kunnen?...." Stoffels schoof de deur uit.

Zij is het weenend hemelwelf, ik de aard; Zoo moet mijn zee wel van haar zuchten zwalpen; Zoo moet mijn aarde van haar eindloos weenen Een zondvloed worden, overstroomd, bedolven. Mijn ingewand kan al dit wee niet bergen; Ik spuw het uit, gelijk een dronkaard doet. Vergunt mij dit; vergund wordt den verliezer, Dat hij met bitt're tong zich lucht verschaff'.