United States or Belarus ? Vote for the TOP Country of the Week !


Nantas, thans ruim achttien maanden minister van financiën, scheen zich te willen bedwelmen door overmaat van werkzaamheden. Den dag na het tooneel dat zich in zijn cabinet had afgespeeld, had hij een onderhoud gehad met baron Danvilliers. Op aanraden van haar vader had Flavie er in toegestemd in de echtelijke woning terug te keeren.

Alleen gebleven, liep hij zijn cabinet op en neer, weigerde dien dag nog bezoek te ontvangen. Zijn opgewondenheid was toegenomen. Ongetwijfeld had zijn vrouw een rendez-vous. Misschien had ze de oude betrekkingen weer aangeknoopt met den heer des Fondettes, die sedert vijf maanden weduwnaar was.

Misschien had gij op meer gerekend, men onderstelt algemeen, dat ik rijker ben dan werkelijk het geval is, mijnheer." Daar de jonge man over de laatste hatelijkheid het stilzwijgen bewaarde, oordeelde de baron het onderhoud afgeloopen en schelde den bediende. "Joseph, zeg aan de juffrouw, dat ik haar in mijn cabinet verwacht." Hij was opgestaan zonder een woord meer te spreken.

De bladen papier hoopten zich, een voor een, naast hem op. Twee uur later toen Flavie, die des Fondettes had weggejaagd, blootsvoets beneden kwam en luisterde aan de deur van zijn cabinet, hoorde zij niet anders dan het gekras der pen over 't papier, toen boog zij zich en keek door 't sleutelgat.

Hij deinsde bij deze woorden terug, alsof hij een slag in 't gelaat had ontvangen. Inderdaad zij was vrij. 't Was of een koud bad over hem werd uitgestort, hij voelde dat zij in dit oogenblik de meerdere was en dat hij zich aanstelde als een dwingerig ziek kind. Hij dacht niet aan hun overeenkomst, zijn hartstocht maakte hem onbillijk. Waarom was hij niet blijven werken in zijn cabinet?

Flavie staarde hem aldoor aan en een schemer van teederheid vloog een oogenblik over haar gelaat. Tot middernacht arbeidde Nantas in zijn cabinet. Hij was langzamerhand weer geheel in zijn werk opgegaan; niets bestond meer voor hem, dan dit ontwerp, dit financieele raderwerk, dat hij stuk voor stuk ineen had gezet, tallooze moeielijkheden overwinnende.

Toen hij zijn blikken van des Fondettes naar Flavie had gewend, boog hij voor de laatste en fluisterde alleen: "Mevrouw, vergeef mij, gij zijt vrij". Hij keerde haar den rug toe en ging. 't Was of er iets in hem was gebroken; alleen de spieren van het zenuwstelsel werkten nog. In zijn cabinet teruggekeerd, liep hij rechtstreeks op een lade toe, waarin hij een revolver verborgen hield.

Eindelijk behoorde hij zichzelven toe, zonder dat men hem kon beschuldigen van egoïsme of lafhartigheid. 't Sloeg negen uur. Het was tijd. Toen hij echter zijn cabinet zou verlaten, restte hem nog een bittere beker. Juffrouw Chuin kwam binnen om haar tienduizend francs te ontvangen. Hij betaalde haar en moest zich nog een laatste familiariteit van haar getroosten.

Uit het portaal stond ik bedremmeld in 't schel-gele licht, in de dwelmende atmospheer van een Oostersch cabinet met rijkelijk-getinte tapijten, bizarre uitstallingen van kostbare steenen, naast den kleinen divan een tafeltje met turksche water-pijp, aan de zoldering een lamp van gedreven koper, matgeel.

Onder deze spoken bevonden zich verscheidene priesters, de gewone bezoekers van dezen ouderwetschen kring, en eenige edellieden: de markies de Sass... secretaris van mevrouw de hertogin de Berry; de markgraaf de Val..., die onder het pseudoniem van "Charles Antoine" gelijkrijmende oden schreef; de prins de Beauf..., die hoewel nog tamelijk jong een reeds grijzend hoofd en een jonge, geestige vrouw had, wier scharlakenrood fluweelen, laag uitgesneden kleederen met gouden snoeren deze sombere wereld verschrikten; de markies de C... de E..., de man die het best van geheel Frankrijk de verschillende graden van wellevendheid kende; de graaf de M..., een goed man met een welwillende kin; en de ridder de Port-de-Guy, steunpilaar der bibliotheek van de Louvre, het zoogenaamde koninklijke cabinet.