United States or Bolivia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Uit haar misstap was bij Flavie een afkeer ontstaan tegen al wat man was. Juffrouw Chuin was op dit punt wanhopig, toen zij op zekeren dag den heer des Fondettes ontmoette.

Baron Danvilliers bevond zich in zijn salon, een hoog vertrek, met leer bekleed en van antieke meubels voorzien. Sinds den vorigen avond was hij als vernietigd onder het nieuws, dat juffrouw Chuin hem had medegedeeld omtrent de onteering van Flavie.

"Ik bemin u, Flavie! ... Ik bemin u tot gekwordens toe. Ik weet niet hoe het komt! Al jaren duurt die toestand voort. Langzamerhand heeft die liefde mij geheel veroverd. Ik heb er tegen geworsteld, omdat ik dat gevoel mijner niet waardig vond; ik herinner mij maar al te wel ons eerste onderhoud .... Nu is mijn lijden echter te zwaar, ik moet spreken ...." En zoo sprak hij langen tijd voort.

Nog worstelden zij samen, toen baron Danvilliers de deur opende. Nantas liet oogenblikelijk Flavie los en riep uit: "Mijnheer, ziehier uw dochter, die de armen van haar minnaar zooeven heeft verlaten .... Vertel haar dat een vrouw den naam van haar man niet mag bezoedelen, zelfs al bemint zij hem niet en al is haar eigen eergevoel zoo klein, dat dit geen beletsel voor haar is."

Een laatste gevoel van spijt deed hem een oogenblik week worden. Wat had hij niet kunnen volbrengen, als Flavie hem had begrepen! Den dag, waarop zij zich aan zijn borst zou hebben geworpen, uitroepende: "Ik heb je lief?" dien dag zou hij de kracht in zich gevoeld hebben de wereld te verzetten.

De bladen papier hoopten zich, een voor een, naast hem op. Twee uur later toen Flavie, die des Fondettes had weggejaagd, blootsvoets beneden kwam en luisterde aan de deur van zijn cabinet, hoorde zij niet anders dan het gekras der pen over 't papier, toen boog zij zich en keek door 't sleutelgat.

Hij luisterde niet meer naar het goudgeklank in de naburige bureaux; hij dacht niet meer aan de afgevaardigden, die hem kwamen complimenteeren, hij vergat den keizer zelfs, die in dit oogenblik hem mogelijk riep tot een der gewichtigste staatsambten. Dat alles was niets meer voor hem. Als Flavie hem afwees, was al 't andere hem onverschillig. "Luister," zeide hij.

Een oogenblik zag hij haar met wilde oogen aan; daarna in snikken uitbarstende van lang ingehouden hartstocht, wierp hij zich aan haar voeten: "O, Flavie! Ik bemin u!" Maar zij, rechtop en koud, wendde zich terzijde omdat hij den rand van haar rok had vastgegrepen. De ongelukkige volgde haar echter, zich op de knieën voortslepende, de handen smeekend uitgestrekt.

De baron wendde zich tot Nantas, die loodkleurig achteruit week. "Hoort gij het vader", herhaalde Flavie luider, "hij heeft zich verkocht, verkocht voor geld .... Ik heb hem nooit bemind en nooit heeft hij mij zelfs met zijn vingertoppen aangeraakt .... Ik heb u de smart van die bekentenis willen besparen; ik heb hem gekocht, om u te bedriegen .... Zie hem aan, spreek ik de waarheid niet?" ....

Geruimen tijd voor dat Nantas haar die opdracht deed, had zij Flavie reeds voor haar eigen rekening bespied, zeggende dat de ondeugden der heeren de grondslagen dikwijls zijn voor het fortuin der bedienden, zij was hier echter gestooten op een van die kuische en onberispelijke levens, welken de trotsch verbiedt iets te doen wat niet edel is.