Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juni 2025
Aan de "oude zedelijkheid" heeft de schoonheidszin ontbroken; de Calvinist heeft nooit beseft dat er verband is tusschen het goede en het schoone. De theologische, mechanische aanleg van het Zeventiend' Eeuwsche denken, sluit den schoonheidszin eer buiten dan in zich.
Faust is geen zeventiend' eeuwsche, maar een moderne mensch. De oude zedelijkheid is Israëlitisch gestempeld, en door ontkoming aan het Israëlitisme is Faust een mensch van den nieuwen tijd. De tegenstelling, die hier geldt is een andere dan de vaak genoemde tusschen de twee geestelijke standpunten: Israël en Hellas.
Het eene gaat tot aan het strand en heeft de fonkelingen en wijde verschieten van de reede tusschen de stammen van de oude tamarinde- en kanariboomen, die breed hun schaduwen spreiden. Aan de westelijke zijde van dit plein ligt het fort. Het is de oude sterkte van de zeventiend' eeuwsche kolonisten, die haar ouden naam nog draagt: Rotterdam. De geweldige muur staat ongeschonden.
Het Piëtisme zou dit zedelijk moment, het berouw van Faust, hebben doen aanzwellen tot hoofdbelang; in litteratuur kon het in 't breede geëxploiteerd worden als tijdperk van zelfverwijt en zelfontreddering; de Zeventiend' Eeuwsche moraal althans had met voorliefde op deze negatieve zijde van het zedelijk leven de schrilste lichten geworpen Goethe is te zeer menschkundig om het berouw te ontkennen in zijn heilzame werking, te schoon van geest, dan dat hij er zwaarder gewicht aan gaf dan als overgang uit lager tot hooger levensstand.
Bunyans "Christenreize naar de Eeuwigheid" is het Zeventiend' Eeuwsche heilsboek; het heeft zijn verdienste in groote menschenkennis en is het tegendeel van Faust. Geen boek ter wereld is zoozeer in tegenspraak met de moderne levensopvatting. De mensch is er ongeniaal, uit zichzelf voelt hij alleen onmacht en ellende.
Schaepman heeft in sommige van zijn artikelen alleraardigste beelden gebruikt. Zoo wist hij b.v. te vertellen, dat ik "den pauwstaart van mijn ijdele belezenheid had uitgezet" en toen ik mij over Bossuet, u weet: de zeventiend' eeuwsche Fransche prediker, toen ik mij daar in minder prijzende woorden over had uitgelaten, schreef hij, dat ik "het hondje speelde tegen monumenten."
En achter een breedte van diepere zee, die haar eigen donker azuur weer toont, rijzen hoog en ver, wazig blauw, de bergen van het Oostelijke vasteland. Hier in het opene varen de groote Makassaarsche handelsprauwen, hoog van boeg als een zeventiend' eeuwsch galjoen, met volle zeilen voor den wakkerenden wind.
Deze hoofdstroomingen der Zeventiend' Eeuwsche levensleer mogen onderling verschillen als meer intellektualistisch of meer empiristisch gekleurd in de levensleer is aller opvatting op het door ons genoemde punt gelijk.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek