United States or Kyrgyzstan ? Vote for the TOP Country of the Week !


De hoofdzetels daarvan stonden, voor het noorderdeel, te Utrecht, en, voor het zuiderdeel, te Aldenbiezen, in Limburg, zijnde de laatste, die reeds in 1220 voorkomt, de oudste . De onderafdeelingen die te zamen eene landkommandery uitmaakten, werden eenvoudig kommanderyen genoemd, en stonden onder het beheer van een Orde-ridder, die den tytel van Kommandeur voerde.

Zeker is het, dat Graaf Floris zijn aanspraak op den tytel van Leenheer niet bloot uit die opdracht ontleende, maar uit een gift, hem door Diederik, Grave van Kleef, in 1290 gedaan. Immers volgends de oude overlevering berustte, als wy gezien hebben, het leenrecht by dezen. Intusschen, de verknochtheid van Heusden aan zijn nieuwen Leenheer was niet van langen duur.

In 1623 zond de Landvoogdes Izabella heimelijk zekeren Priester, Michiel van Ophoven genaamd, Prior der Preekheeren te Antwerpen, tot Willem Adriaan van Hoorne, Heer van Kessel, destijds Gouverneur der stad, met belofte, dat, indien hy Heusden in hare handen leverde, zy hem den tytel van Graaf van Hoorne, de ridderorde van 't Gulden Vlies, en een aanzienlijke geldsom zou verstrekken, alsmede zijn kinderen tot hoogen rang verheffen.

Van deze Kasteleins, die spoedig den tytel van Burchtgraaf verkregen, wordt echter met name geen melding gemaakt voor 1227, wanneer wy Everaert Burchtgraaf van Montfoort vinden, die tot wapen voerde een schaakbord, met ruiten van zilver en sabel of zwart, blijkends het zegel, dat hy als getuige aan een brief van Bisschop Otto van der Lippe hing.

En wat dien Koning van Engeland betreft, wy behoeven hier niet aan een Koning over dat gandsche Rijk te denken. Op het tijdstip, dat Boudewijn van Heusden Engeland bezocht zoû hebben, waren er nog maar weinige jaren verloopen, sedert Koning Egbert de Vorsten der Heptarchy onderworpen had, en enkelen hunner bleven waarschijnlijk levenslang hun tytel behouden.

Dat valt niet te getuigen van zijn oudsten zoon Henric . Deze Burchtgraaf, die zich den tytel van Heer van Montfoort aanmatigde, verbond zich omstreeks 1379 met den Maarschalk van Abcou, Heer Willem, tegen Bisschop Floris van Wevelichoven, en eigende zich met kracht van wapenen de tienden van het Bisdom toe, terwijl hy zich daarby het hoogste recht over de ingezetenen toekende.

Hy hield echter zeer slecht woord, voegde zich spoedig weder aan de Hollandsche zijde, en werd door Hertog Willem, die hem »zwager" noemde, met gunsten overladen, ja zelfs, met den tytel van Baanderheer, tot Hertooglijken Raad benoemd.

Willem van Egmond was reeds door zijn ouderen broeder, Hertog Aernout van Gelder, beschonken met de goederen van Willem van Buren, in 1430 ontzet, en voerde den tytel van Heer van Buren, Leerdam, Schonerwoert en Haestrecht, en des lands van Mechelen.