Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 juni 2025
Het ~Flie~, dat door de Vecht, het Zwarte water, de Kuinder of Tjonger en de Linde gevoed werd, was breeder en dieper geworden, sinds het bezwaard was met den afvoer der wateren uit het zuidelijk Friesland, waar langs het vroeger een deel zijner krachten had afgezet naar de ~Middelzee~ of het ~Boorndiep~. De aanvankelijke verlanding van dezen zeeboezem aan de zuidzijde gaf toch een geheel anderen loop aan vele stroomen, en was van evenveel belang als de nieuwe mond of uitstrooming, welke de Middelzee, reeds vóór de 7e eeuw, tusschen Terschelling en Ameland had bekomen, waardoor zij de Boorn en vele wateren van Oostergoo en Westergoo gemakkelijker afvoerde.
Na dit voorval deed Prins Maurits een ongemeenen iever, om het water in het land te doen loopen, dat door een sterken wind ook zeer schielyk voortging; en om het ingelaatene te bewaaren, liet hy een dyk in de Tjonger leggen: waar door het den vyand ondoenlyk wierd om ergens te kunnen doorbreeken.
Deze linie begon van de Kuinder aan de Zuiderzee, volgde de Linde tot de Blessebrug, ging van daar noordwaarts naar de Tjonger en de verschanste Schoterbrug, wendde zich vervolgens over Heerenveen en Terbandsterschans naar Gorredijk, en van daar over de schansen Bredenberg, Zwartedijk en Friesche palen naar de grenzen.
Werkelijk ving hij met de zijnen kort na het ontvangen van het octrooi den arbeid aan, en werd de vaart met een scherpen hoek zuidoostwaarts voortgezet over Donkerbroek tot nabij de Tjonger, waaraan een kapitaal van ongeveer 80,000 Gld. werd te koste gelegd. Dan nu deed er zich omtrent de voortzetting een belangrijk bezwaar op.
Bij deze gelegenheid werd er door de provincie in den nieuwen dijk en de Tjonger eene sluis gelegd, welke thans nog den naam draagt van de Schoterzijl, gelijk de nieuwe zeewering dien van de Statendijk. Door dit belangrijk werk zagen de lage zuidelijke kwartieren hunne veiligheid zeer bevorderd; terwijl Friesland daardoor onafhankelijk werd van Overijssels waterkeeringen.
Nadat de Staten vergunning hadden verleend tot het graven van drie vaarten: uit de Tjonger naar Wolvega en uit de Linde naar Finkega en naar Noordwolde , werd ook de groote uitgestrektheid heide en hoogveen, tegen de zuid-zuidoostelijke grenzen, aangestoken, afgegraven, met breede dwarsvaarten en wijken. doorsneden en ten behoeve van den landbouw ontgonnen.
Dit mislukte ten gevolge der bepaling van het octrooi, dat de vaart niet door de grenslinie gegraven mogt worden. Na lang uitstellen, begon Drenthe omstreeks 1790 wel eene geul of vaart te graven van de Tjonger naar Appelscha, doch ten gevolge der omwenteling bleef dit werk steken.
Kort vóór het ontvangen van het octrooi had hij deswege eene overeenkomst aangegaan met de provincie Drenthe, welke had op zich genomen, de vaart te vervolgen van de Tjonger tot aan de grenzen of in de Wittewijk.
Tot bestrijding der kosten van deze kapitale vaart met daartoe behoorende werken, waartoe wegens het bestendig rijzen van den grond, acht verlaten, benevens een duiker in de Tjonger en onderscheidene groote bruggen behooren, is van 1816 tot 1841 eene som van 120,000 Gld. genegotieerd, terwijl men intusschen in 1827 begonnen is met het verkoopen van het hoogveen . Sedert zijn er door het afsteken van het veen en het vervoer daarvan met duizenden turfschepen, door ontginning van de ondergronden en door het bouwen van huizen en schepen, tonnen schats in omloop gebragt, de welvaart der ingezetenen bevorderd, de dorpen Donkerbroek, Oosterwolde en Appelscha uitgebreid en in bloei toegenomen, en de herschepping en ontwikkeling voorbereid van een oord, dat eeuwen lang, als »een leedig capitaal en dood corpus," veelal woest had gelegen, vóór dat de nijvere menschelijke hand het ten dienste van duizenden de schatting afdwong tot vermeerdering van de welvaart en het nationaal vermogen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek