United States or Germany ? Vote for the TOP Country of the Week !


Men ziet daaruit, dat indien de vertebraten onderling in organisatie sterk verschillen, dit een gevolg van het feit is, dat de natuur eerst bij de visschen een aanvang heeft gemaakt met de uitvoering van haar ontwerp, het vervolgens verder doorgevoerd bij de reptielen, en bij de vogels nader tot zijn volmaking heeft gebracht, om het pas bij de hoogste zoogdieren te voleinden.

Ongetwijfeld zijn hun algemeene lichaamsvorm, het ontbreken van een insnoering tusschen kop en romp, en de verschillende vinvormige ledematen een gevolg van de dichte middenstof, die zij bewonen, en geen kenmerk van lagere organisatie. Toch is deze laatste niet minder werkelijk, ja, blijkens hunne inwendige samenstelling, aanzienlijk lager dan die der reptielen.

Onafhankelijk van de vereenvoudiging in bewerktuiging, waarneembaar in: hart-vorm, bloedtemperatuur die ternauwernood boven die van de omgeving stijgt onvolkomen ademhaling en trapsgewijze vervlakking der longen, bemerkt men voorts ook tusschen de reptielen onderling belangrijke verschillen, zoodanig, dat de orden dezer klasse in voorkomen en anatomie grooter verschillen vertoonen dan bij de twee voorafgaande klassen.

In zijn strijd tegen den zonnegod nam Set de gedaante van den monsterslang Apep aan en werd door een leger kleinere slangen en reptielen van allerlei soort vergezeld. In later tijd vinden wij hem met Typhon geïdentificeerd. Alle dieren van de woestijn en die, welke in de wateren huisden, werden als kinderen van Set beschouwd, zoo ook dieren, zelfs menschen, met rood haar.

Hare geestvermogens zijn zeer gering, hoewel men haar een zekere sluwheid niet kan ontzeggen; deze blijkt o.a. hieruit, dat zij vallen van allerlei soort weten te vermijden. Haar voedsel bestaat uit kleine Zoogdieren, Vogels en vogeleieren, ook wel uit kleine Reptielen en Amphibiën, Insecten en insectenlarven en Wormen; in geval van nood eten zij ook vruchten.

Het geraamte tenslotte, dat mede den grondslag vormt van de vier ledematen bij de meeste vertebraten, begint vooral bij de reptielen achteruit te gaan, om bij de visschen geheel op te houden. Maar de ongewervelde dieren verliezen gaandeweg hart, hersenen, kieuwen, samengestelde klieren, bloedvaten en de organen voor het gehoor, gezicht, geslachtelijke voortplanting, gevoel en beweging.

N.B. Van deze dieren is reeds gesproken in hoofdstuk VI, p. 80 alwaar is opgemerkt, dat het noch reptielen, noch vogels, noch zoogdieren zijn. Opmerkingen.

Met eenzelfden naam twee zoozeer verschillende zaken aan te duiden, is geen wetenschap bevorderen, maar verwarren. De long is het eenige orgaan, dat aan dieren een stem kan geven. Na de reptielen bezit geen enkel dier longen, ergo ook geen stem. Indien ook al sommige van hen lucht inademen, zoo geldt dat ook voor sommige schaaldieren, alsmede alle insecten.

Het zijn geen vogels, want de longen zijn niet doorboord noch de armen tot vleugels omgevormd. Reptielen zijn ze ten slotte ook niet, blijkens hun twee hartkamers. Zij behooren dus tot een afzonderlijke klasse. De Vogels. Dieren zonder melkklieren, met twee pooten en twee tot vleugels gewijzigde armen. Lichaam bedekt met veeren.

Dat zou ten naaste bij op hetzelfde neer komen, alsof men bijv. visschen en reptielen tot één klasse vereenigde, uitsluitend op grond van hun beider min of meer beschubde huid!