Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juli 2025
De offerande van ram of var verzinbeeldde dit wel, maar was het niet. Hoe kon het ook? Of als een man in Juda honderd schapen had, en hij offerde Gode éen zijner rammen, was dat Gode zijn eere geven? Was het dan enkel die éene ram, waarop God recht had, of was het niet al zijn bezitting, of niet veel meer om hemzelf, om zijn hart, om zijn persoon?
Op den zuil van Mendes, door Mariette ontcijferd, vond men een inscriptie, welke ons vertelt, dat Ptolemaeus II Philadelphus den tempel van Mendes herbouwde en persoonlijk zijn bijstand verleende bij de wijding van twee rammen en op een relief, op het bovenste gedeelte van een zuil aangebracht, kan men de gestalten van twee Ptolemaeën en een Arsinoë zien, die aan den ram en zijn tegenhangster Hatmehit, offers brengen.
Vóór de Boot gaan negen Volgelingen van de Goden; vreemd zijn hun gedaanten, geheimzinnig en wonderlijk, aan niets gelijk, dat op aarde is. Voor hen uit loopen de vier zielen van Tatanen in de gedaante van rammen, groot en vurig, met wijd uitgespreide en scherp gepunte horens.
Om de kracht te vermeerderen, waren de arietes geweldig zwaar en soms aan het achtereinde nog van zware gewichten voorzien, zoodat er dikwijls 1500 manschappen noodig waren om ze te bedienen. Bij het beleg van Carthago gebruikte Scipio twee rammen voor welks bediening hij 6000 man noodig had. De gewone lengte van den balk was 80 tot 100 voet.
De versteende rammen liggen aan hunne voeten; maar ik betwijfel of iemand, zelfs met de sterkst werkende fantasie, uit deze steenklompen rammen kan herkennen. Deze tempel bevat een merkwaardige klok, die heel hoog in de lucht hangt en bijna niet in beweging kan worden gebracht.
Daarom schept hij ook behagen in wedrennen met paarden en wagens, zooals op verscheiden plaatsen, vooral te Onchestus en op de landengte van Corinthe, te zijner eere gehouden werden. Men offerde hem stieren, liefst zwarte, evers, rammen, soms ook paarden. De denneboom, die hout voor den scheepsbouw levert, was hem heilig.
Het waren geen gewone schapen, maar een soort, dat algemeen gevonden wordt in de bergen der gematigde luchtstreken en waaraan Harbert den naam gaf van wilde rammen. "Zitten er ook bouten en koteletten aan?" vroeg de zeeman. "Ja," antwoordde Harbert. "Nu dan zijn het ook schapen!" hernam Pencroff.
Ik laadde de boot met het vleesch van honderd ossen en driehonderd schapen, met brood en kaas naar evenredigheid, en zooveel toebereide levensmiddelen, als vierhonderd koks mij verschaffen konden. Ik nam met mij zes levende koeien en twee stieren, en evenveel ooien en rammen, met het voornemen ze in mijn vaderland in te voeren en het ras te doen voorttelen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek