Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juli 2025
Dit is vooral merkbaar aan het slot der geschiedenis; het is geheel tegen den geest der oud-Fransche ridderromans, om Walewein anders dan zegevierend uit eene onderneming te voorschijn te doen treden en in ons verhaal keert onze held min of meer schuldbewust en boetvaardig naar het hof van koning Arthur terug.
De andere verhalen, mogen zij al door mij aan de Engelsche letterkunde zijn ontleend, zijn toch steeds in hunnen oorspronkelijken vorm terug te voeren tot oud-Fransche dicht- of prozawerken. In deze tien verhalen hoop ik in hoofdtrekken een beeld te hebben gegeven van de Arthur-sagen, zooals deze zich in de 12e en 13e eeuw verspreidden over de letterkunde van Europa.
Het beroemdste werk uit de eerste groep is wel het oud-Fransche gedicht: "Perceval ou Le Conte del Graal", geschreven door Chrétien de Troies tusschen de jaren 1150 en 1180. De Graal wordt hier beschreven als een tooverschotel, maar de dichter wenscht blijkbaar zijne lezers in spanning te houden aangaande het eigenlijk wezen van dien schotel.
Verder de verkleinform van dit woord, als patronymikon, Neefjes, en eindelik de oud-fransche form daar van, die ook in de Nederlanden als geslachtsnaam voorkomt, Nepveu. Of de geslachtsnaam Swagerman ook tot deze groep behoort, in de beteekenis van zwager = aangehuwde verwant, bepaaldelik geen bloedverwant, is niet zeker.
Behalve in de reeds vermelde voortzetting van de "Conte del Graal" komt het eerste hoofdthema: dat der "onthoofdings-proef", voor in verscheidene oud-Fransche gedichten. Deze bevatten evenwel niet de oudste wedergave van de sage, daar deze reeds voorkomt in een oud-Iersch heldendicht: "Fled Bricrend" of "het Feest van Bricrin", waarin zelfs twee vermeldingen van de proef worden gevonden.
Waar echter na de Britsche Arthur-sagen de oud-Fransche ridderromans door hunne grootere oorspronkelijkheid mij vóór alles de vermelding waard schenen, zoo moge gebrek aan plaats-ruimte als mijne verontschuldiging dienen, dat ik geen gelegenheid had, ook een der Middel-Nederlandsche Arthur-romans in mijn bundel op te nemen.
Van deze tuinen kunnen noch de engelsche parken met hunne groote grasperken, door bloembedden en boomgroepen afgewisseld, noch de oud-fransche tuinen, met hun geschoren hagen en symmetrischen aanleg, eenig denkbeeld geven; de perzische bagh's zijn uitgestrekte velden, beplant met hooge platanen tot aan den top gesnoeid, en voorts bedekt met bloemen, zonder eenige orde of schikking, in de bontste verscheidenheid naast en door elkander gezaaid.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek