United States or Sri Lanka ? Vote for the TOP Country of the Week !


Audubon heeft bij een soort van Nachtzwaluw opgemerkt, dat de ouders, zoodra het nest ontdekt wordt, hunne eieren en hunne kleine jongen naar een ander gedeelte van het woud dragen; het is niet onmogelijk, dat alle overige Geitenmelkers op dezelfde wijze te werk gaan.

In de nabijheid van menschelijke woningen zoowel als in het woud bezoekt de Nachtzwaluw gedurende hare nachtelijke uitstapjes met een zekere regelmatigheid bepaalde punten, om van hier uit een voorbijsnorrend Insect na te jagen, of om haar vreemdsoortig liefdesgezang te laten hooren.

Deze gebaren zijn zoo vermakelijk, zoo onverwacht, dat E. von Homeijer, aan wien ik de mededeeling van dit feit te danken heb, nooit verzuimde om aan de dierenliefhebbers onder zijne gasten dit verrukkelijke schouwspel te verschaffen, door hen naar de eieren van een in zijn tuin broedende Nachtzwaluw te brengen, die hij onder zijne bescherming had genomen.

Alle overige zijn vermoedelijk minstens zwerfvogels en, voor zoover zij in het noorden leven, trekvogels. Deze verschijnen tamelijk vroegtijdig in hun vaderland en blijven hier tot in het begin van den herfst. Hunne reizen strekken zich uit over een groot gebied: onze Nachtzwaluw trekt tot in het binnenland van Afrika.

Wat men in de eene streek "glazenmakers" noemt, noemt men in eene andere streek "korenbouten", elders weer "donderbolken", "puistenbijters", "wrattenbijters", enz. De nachtzwaluw heet "geitenmelker", "schapenmelker", "vliegende pad", "vliegende kikvorsch", "nachtratel", enz. Het is moeielijk, om van de dier- en plantensoorten alle plaatselijke en provinciale namen te kennen.

Geen Indiaan, geen Neger, geen Kreool van de kust zal een dezer Vogels durven schieten; de Indianen houden hen voor dienaren van den boozen geest Jabahoe en van diens toovenaars; de Negers beschouwen ze als boden van den geest Jumbo; de Kreolen meenen, dat het geschreeuw van de Nachtzwaluw het onfeilbaar voorteeken is van een sterfgeval in hun huis.

De totale lengte van de Nachtzwaluw bedraagt 26, de vlucht 55, de vleugellengte 19, de staartlengte 12 cM. De bovendeelen zijn aschgrauw met bruinzwarte en roestgele vlekken, strepen, stippels en golflijnen, de onderdeelen lichtgrijs met zwarte en donkerbruine streepjes en vlekken. Een streep boven het oog en een andere langs de mondspleet zijn witachtig.

In de late schemering, wanneer de houtsnippen voor 't eerst naar buiten komen, ziet ge niets dan een schaduw haastig over een stukje helderen hemel glijden, als Whitooweek aan de beek in de wei gaat eten, of hoort ge geritsel in de elzen, als zij de dorre bladen omwerpt, en een zwak pieunk, als 't geluid van een nachtzwaluw in de verte; en dan vangt ge nog net even een schaduw op die langs den grond glipt, of een spinnend, vleermuisachtig wiekgeflapper, wanneer ge nader komt om het te onderzoeken.

De slaapdronken Nachtzwaluw maakt een hoogst ongunstigen indruk en weet, als zij toevallig gevangen wordt, niets anders te doen dan bij het opensperren van den ontzaglijken bek een heesch geblaas te laten hooren; van een geheel andere zijde leert men haar kennen, zoodra zij wakker en druk bezig is.

Haar snavel houdt ongeveer het midden tusschen dien van een Hoen en dien van een Nachtzwaluw. De slanke, boven het springgewricht naakte pooten hebben vier middelmatig lange, smalle teenen met slanke, spitse, bijna rechte nagels; de buitenste en de middelste voorteen zijn door een spanvlies verbonden.