United States or Mali ? Vote for the TOP Country of the Week !


De jongen had het bevel van zijn vader niet vergeten om zich niet in te laten met molenaars zonder baard, maar toen hij geen voorwendsel vond om het verzoek af te wijzen nam hij het voorstel aan. Nu nam Baardeloos al het meel, vermengde het met water, dat de jongen hem bracht, en maakte aldus een heel groot brood.

De molenaars en de visschers hielden Don Quichot en zijn schildknaap voor niet wijs en gingen hoofdschuddend heen; doch onze beiden keerden met een bedrukt hart naar hunne dieren terug, bestegen die en reden weg van de rivier, die hun zooveel onheil had berokkend.

Immers die kinderen noemde men Warner Smulders, Gerlof Smolders, Reinout Smolenaers, d. i. des mulders, des molders, des molenaars zoon al naar de gouspraak dier lieden het eischte. Byna al deze beroepsnamen, in den tweeden naamval, als hedendaagsche geslachtsnamen voorkomende, zijn, wat hunnen oorsprong of hunne afleiding, hunne beteekenis betreft, duidelik genoeg.

Liesje had haar gevraagd te komen; zij moest toch ten minste de lichten op den boom zien branden; maar neen, waartoe zou dat dienen? Wat ging haar des molenaars Kerstboom aan? Het was de hare toch niet, en waarom zou zij Liesjes gelukkig gelaat aanschouwen? Hare sombere, stille woning zou baar daarna nog eens zoo treurig hebben toegeschenen.

Nu, al gebruikten zij ook verschillende tijden van den dag bij hun groeten, ze hadden toch beiden, ieder op zijne manier, gelijk: want de molenaar stond 's morgens klokke vier op, en bij hem was 't na den middag, en bij den baljuw was 't vroeg in den morgen, want hij stond te elf uren op. "Wat wil je, molenaar?" Want de molenaars werden toen nog jij en jou genoemd.

Hadden zij 't echter verstaan in de aangezichten te lezen, bij voorbeeld slechts in dat van den ouden bakker Witt, toen hij van des molenaars wagen uit de schuur teruggekomen was en nu over zijne onderdeur lag en zijne pijp rookte, en daarbij spuwde en de Franschen zoo kwaadaardig nakeek, zouden zij zich in acht genomen hebben den boog al te strak te spannen.

Niet ver van Ober-Saasheim wordt onze aandacht getrokken door een afgebranden molen naast een uitgedroogd kanaal. De voortgaande verdieping van het bed van den Rijn, tengevolge van de verbeteringswerken, is oorzaak dat gaandeweg de toevoerkanalen naar de molens droog loopen, waardoor de molenaars hunne broodwinning verliezen.

Don Quichot daarentegen hieuw met zijn zwaard op de stokken der molenaars in en bewerkte daardoor, dat de boot, in plaats van tegengehouden te worden, omsloeg en alle twee, ridder en knecht, hals over kop in het water tuimelden.

Toen de jongen er aankwam en zag, dat de molenaar weer een baardeloos man was, haastte hij zich naar een derden molen; maar weer spoedde Baardeloos er zich heen langs een korter pad en kwam er voor den jongen aan. Hetzelfde herhaalde zich bij den vierden molen, zoodat de jongen tot de gevolgtrekking kwam, dat alle molenaars mannen zonder baard waren.

Oud-Schaarbeek telde vele hoveniers en molenaars, die Brussel voorzagen van groenten en meel; het gewone vervoermiddel was een ezelkarretje. Scherpenheuvel: Keerskatten, naar de processiekaarsjes, die zij aan de pelgrims verkoopen. Sichem: Heeren.