Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 juni 2025
Minstens twee derden van het jaar verslaapt dit merkwaardige wezen, soms nog veel meer, want op zijne hoogst gelegen woonplaatsen duren zijn groei en zijn leven boven den grond ternauwernood een zesde deel van het jaar. Het leven van de Marmot gedurende den zomer is zeer merkwaardig.
Het liefst houdt hij zich op tusschen de grens der dennen en de eeuwigdurende sneeuw, ongeveer op gelijke hoogte met het Sneeuwhoen en de Marmot, tusschen 1600 en 2600 M. boven den zeespiegel; zijne zwerftochten strekken zich echter dikwijls nog veel hooger uit.
Er zijn warmbloedige dieren, die onder den invloed van eene zeer koude omgeving, tot den rang van koudbloedigen afdalen. Dit zijn de zoogenaamde "winterslapers", zooals vleermuizen, egel, marmot. Deze hebben dan eene lichaamstemperatuur, gelijk aan die der omgeving; zij zijn gedurende den "winterslaap" zeer weinig gevoelig en hebben dan eene uiterst trage stofwisseling.
De veldbedden werden opgeslagen en we genoten de rust in de schaduw der moerbeiboomen. De een sliep als een marmot; de ander ging schrijven, en een derde droomen. De dalende zon bescheen een grooten muur, die den tuin omsloot en waarboven de gouden koepel zich verhief van de moskee, waar de heilige Fatmeh rust, die Koem tot bedevaartplaats maakt.
„Wat ’n wonder!” riep oom Harmsen, die zijn glas Champagne noch vol, noch ledig liet staan, „’t wurm sliep als een marmot; jammer genoeg, want je hebt ’m hartelijk toegesproken, dominee.” En toen de predikant min of meer zuurzoet, maar toch statig glimlachend antwoordde: „Gezegend zij die slapen kunnen als de kinderkens.” voegde de joviale zeeman er bij: „Ja, tusschenbeide is zoo’n tukkie in de kerk niet onlekker.
"Leg je daar met je leelijke marmot?" was de eerste phrase, die hij zijne beminde wederhelft toevoegde. En hierop volgde een discours tusschen de beide echtelingen, dat met vrij veel levendigheid werd gevoerd. De vrouw begon met haren gemaal een beest te noemen, waarbij zij een epitheton voegde, dat kennelijk op den staat van beschonkenheid doelde.
Als men een Marmot, die in winterslaap verkeert, uit haar hol neemt, en haar in een verwarmd vertrek brengt, wordt eerst, zoodra haar lichaamstemperatuur tot 21° C. gestegen is, de ademhaling duidelijker, bij 25° begint zij te snorken, bij 27.5° strekt zij de ledematen uit, bij 31° C. ontwaakt zij, beweegt zich als bedwelmd heen en weer, komt langzamerhand bij en begint eindelijk te eten.
De Fret. De Hond. De Rot. De Bunsem. De Muis. De Wezel. De vette Eekhoorn. De Spaansche Kat. De tuin Eekhoorn. De Hermelyn. De Marmot. De Hyëen. De Ichneumon of Egiptische Rot. De Avondwolf. De Civetkat. De Bergmuis. De Kat. De Maki, en verscheiden De Das. andere zoorten van Aapen De Steenbok. De wilde Geit.
Hoogst zonderling ziet het dier er uit, als het opzit; het rust dan kaarsrecht op zijn achterste, stijf als een stok; het heeft den staart loodrecht van 't lichaam afgebogen, laat de voorarmen slap naar beneden hangen en kijkt opmerkzaam de wereld rond. Frissche en sappige Alpenplanten, kruiden en wortels vormen het voedsel van de Marmot.
Als het hooi van het leger te vochtig geworden is, nemen zij het weg en vervangen het door nieuw hooi." De lichaamslengte van dit dier, dat men eerst in den laatsten tijd van de Marmot der Alpen heeft leeren onderscheiden, bedraagt 37 cM., zonder den 9 cM. langen staart; de tamelijk dichte vacht is vaal roestgeel. De jongen zijn doffer van kleur dan de ouden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek