United States or Myanmar ? Vote for the TOP Country of the Week !


West-Vlaanderen echter, dat ook in andere opzichten vele byzonderheden vertoont in taal- en volkseigenaardigheden, heeft eene kleine groep van oude geslachtsnamen, die hooftsakelik aan dat gewest aleen eigen is. En de brabantsche gouen, vooral ook Zuid-Brabant, kenmerken zich door de namen die met eene s, versleten form van het verbogene lidwoord des, beginnen. Men zie aangaande deze namen § 51.

Even als thoe nevens toe, zoo komen ook eene enkele maal then en ther nevens ten en ter voor. De oude friesche en friso-saksische formen tho, thoe, to, toe komen ook met het lidwoord samengetrokken als thor en thom, tor en tom voor. Zulke namen zijn zoo wel aan deze als aan gene zyde van onze oostelike grensen oorspronkelik inheemsch.

Maar deze laatste naam is my twyfelachtig ook al om het afwykende geslacht, dat, blykens het lidwoord, in dezen naam het anders onzydige woord veer heeft. De Veer zoude ook kunnen zijn het woord veêr, veder, vogelveêr, en dan oorspronkelik als huisnaam. Het kan ook zijn eene verkorting van het oud-friesche woord feder, vader.

Het volgende uur hebt gij geschreven; naar een mooi exempel; als bijv., zoo gij groot schrijft, het woord wederwaardigheid, opmerkelijk door twee moeilijke W's, zonder aandikken bijna niet goed te krijgen, zevenmaal; of indien gij klein schrijft, vijftien maal, achtmaal op, en zevenmaal tusschen de lijn: Voorzichtigheid is de moeder der wijsheid; bij welke gelegenheid gij in twee regels het lidwoord der hebt overgeslagen, wat tengevolge van de laatste lettergreep van het woord moeder zeer licht gebeuren kon, en eenmaal voorwijzigheid in plaats van voorzichtigheid hebt gezet, welke omstandigheden, zoo ieder op zichzelf als in onderling verband, u eenigszins angstig doen denken aan het uur, waarop de critiek des meesters haar uitspraak zal komen doen.

In talrijkheid worden de geslachtsnamen met enkel van er voor nog verre overtroffen door die algemeene aardrijkskundige namen, welke by dit voorzetsel ook nog een lidwoord vóór zich hebben. Voorbeelden van zulke geslachtsnamen zijn: Van den Acker, Van der Baan, Van der Beek, Van der Beeck, Van der Beke, Van der Becke, enz.

De eenvoudigste geslachtsnamen van deze afdeeling zijn die, welke slechts uit een enkel algemeen aardrijkskundig woord, zonder eenig byvoechsel, bestaan; b. v. Akker en Acker, Baan, Beek. Daarop volgen de algemeene aardrijkskundige namen met een lidwoord er voor. Dat zijn b. v. De Baan, De Bergh, De Brinke, enz.

In vele vlaamsche steden vindt men nog eene Huyvettersstraet of een Huidevettersplaats. Aan dit woord danken de maagschapsnamen Huyvetter, D'Huivetter, D'Huyvettere en D'Huvettere, in Vlaanderen inheemsch, hunnen oorsprong. In Holland is deze naam, door samensmelting der d van het lidwoord aan het hoofdwoord, en door uitslyting der h, tot Duyvetter geworden.

In de Nederlanden even min als in Engelland en Noord-Duitschland, is men niet gewoon om het bepalende lidwoord voor eenen mansnaam te plaatsen. Men spreekt hier niet van »de Jan, de Piet en de Klaas," zooals men in Opper-Duitschland wel doet: der Wilhelm, der Joseph, die Maria," enz. Toch schijnt deze spreekwyze oudtijds hier en daar in Nederland, vooral in Brabant, wel in gebruik geweest te zijn.

Deze geslachtsnamen, samengesteld uit een algemeen aardrijkskundig woord met een lidwoord en het voorzetsel Van, zijn buitengewoon talrijk, en formen met elkanderen eene der meest kenmerkende groepen van nederlandsche namen. In alle nederlandsche gewesten zijn zy inheemsch; in de meesten komen zy veelvuldig voor. Dit is vooral het geval in Holland, Vlaanderen en Brabant.

Deze Jütische taal plaatst, bij voorbeeld, om slechts eene zaak aan te roeren, even als alle Duitsche talen, het lidwoord voor het zelfstandige naamwoord en niet, zoo als alle Skandinavische talen, er achter.