Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 mei 2025
Schoon schitterde zij in bleeken smaragd-glans, als zij tusschen de glanshalmen rondkroop en machtig bekoorde zij mijn jong hart. Ik vloog om haar heen en deed mijn best door verwisseling van glans hare aandacht te trekken. Dankbaar zag ik, hoe zij mijn groet bespeurde en zedig haar lichtje verduisterde.
Maar aan het einde der straat geelde in de schemering het puntige lichtje der tram. Ik stond stil. De narcissen schenen te groeien, te schieten uit mijn witte hand. Het was wonderlijk. Het was alsof bloemen in vleesch waren geplant. Het was wonderlijk en geheimzinnig-mooi: het wit en goud der narcis, het purper boven de boomen. Toen kwam de tram. Ik stapte in. Achterop stond alleen de conducteur.
En seffens vertelde hij dat nieuws aan zijne kameraden. De ezel, die er bitter weinig van hield in bosschen te slapen, stelde voor, onmiddellijk op te kramen, en recht naar dat lichtje te gaan. De anderen keurden dat voorstel goed en op éen, twee, drie, waren zij op de been.
Eindelijk naderden we het punt waar geland moest worden, waar hooger op de kust een lichtje zichtbaar was, dat spetterde uit het huis van den zendeling. De landing in de duisternis en in de geweldige branding, die de zwaarbeladen prauwen op het strand dreigde stuk te slaan, was uiterst lastig.
De maan was hoog en hel gerezen in den somberblauwen, tintelenden sterrenhemel en haar koud, blank licht bescheen het nederig dorpje met hier en daar een schamel lichtje achter de gesloten luiken, en, sterk en trotsch, elk op zijn heuvel, de twee machtige, regeerende kasteelen, helder en als 't ware feestelijk glanzend door al hun verlichte ramen, die elkaar over de wijde vlakte der weilanden heen jubelend schenen toe te lachen.
De lage, houten huizen met hunne oploopende dakvorsten staken grijs af tegen de heldere sterrenlucht, die wederom een prachtigen dag beloofde; achter hunne gesloten luiken, van waar geen enkel lichtje uitstraalde, leken zij wel gepantserde blokhuizen.
Het scheen het kleine meisje werkelijk toe, alsof zij bij een groote, ijzeren kachel zat. Wat brandde het vuur daarin, welk een heerlijke warmte gaf het van zich! De kleine strekte haar voeten reeds uit, om ook deze te warmen; maar daar ging het lichtje uit, de kachel verdween, zij hield slechts een klein stompje van het afgebrande lucifertje in de hand.
Zoo liet zij 't fleschje maar over 't grasveld springen door 't herhaalde gelik van haar tong, terwijl zij ondertusschen de oogen sloot en slikte, tot de gloeiworm, misschien duizelig geworden door dat keukelspelletje van zijn wonderlijke kooi, zijn vleugels toevouwde en zijn lichtje verstopte.
Ha, daar zag ik eensklaps in de verte een lichtje flikkeren! Tusschen mij en de plaats waar dit lampken brandde, moesten boomen of andere hinderpalen staan; want het waggelende licht scheen, volgens mijne bewegingen, uit te dooven, weder op te vlammen, te dansen of van den eenen kant naar den anderen te springen.
Tegenover zijn plaats aan tafel stond een groot ouderwetsch bruin blad met opstaanden rand in koperen beslag. Het vlammetje onder het oud-zilveren theepotje bewoog: zóo hoog stond het ouderwetsch toestel, met de ketel met kokend water, dat de stoom tegen het lichtje áankwam.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek