United States or Malaysia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het beeld, dat de getuigen in het canonizatieproces van dezen vroeggestorven prinselijken asceet geven, heeft iets jammerlijks. Pieter van Luxemburg is een uit zijn kracht gegroeide, teringachtige jongen, die als kind reeds niet anders kent dan den ernst van een angstvallig streng geloof. Hij berispt zijn broertje, als deze lacht, want men leest wel, dat onze Heer geweend heeft, maar niet, dat hij ooit gelachen heeft. "Douls, courtois et debonnaire noemt Froissart hem vierge de son corps, moult large aumosnier. Le plus du jour et de la nuit il estoit en oroisons. En toute sa vye il n'y ot fors humilité." In den beginne tracht zijn adellijke omgeving hem van zijn plannen van wereldverzaking af te brengen. Wanneer hij ervan spreekt, om te gaan zwerven en prediken, krijgt hij ten antwoord: je bent veel te lang; iedereen zou je terstond herkennen. En je zoudt niet tegen de kou kunnen. En preeken voor den kruistocht, hoe zou je dat kunnen? Een oogenblik is het, alsof wij even den ondergrond van dien kleinen starren geest zien. "Je vois bien zegt Pieter qu'on me veut faire venir de bonne voye

Als Shakespeare waarheid zegt, dat de engelen schreien om de jammerlijke trekken die de menschen uitspelen tijdens hun kort daarzijn, is het niet vreemd dat ik, die geen engel ben, maar die evengoed allerlei jammerlijks aanschouw, mij met walging afkeer!

OSWALD. Ja, ik wil er dit mee zeggen, dat hier aan de menschen wordt geleerd te gelooven dat werken een vloek is en een straf voor hun zonden, en dat het leven iets jammerlijks is, waar wij hoe eer hoe liever maar van verlost moeten worden. MEVR. ALVING. Een jammerdal, ja. En dat maken wij er dan oprecht en eerlijk ook van.