Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 6 mei 2025
Zijn rood, bleuzend wezen loech vriendelijk verrast, met een greintje spotlust en hij groette al van ver: Ha, ha! jonge kerels, ge komt 'ne keer de streke bezien en de menschen! welgekomen. Pier-Cies! riep hij luide naar buiten, steek die schoone peerden op stal. Danke, boer, danke, begon André, we hebben weinig tijd, we zullen maar even afspringen en u goêndag zeggen.
In de dorpsdreef ontmoette hij veel boeren en boerinnen die ter kerke gingen. Ze riepen van verre goêndag naar malkaar en vorderden hunnen weg. De straat tusschen de huizen was vol menschen en hunne kloefen en schoenen klonken tegen de stille hardvervrorene steenen.
Wat hapert er, genoot, dien 'k niet en zie; die „goendag!” mij, uit den nevel, roept, van hier nen stap of drie? Van den hoogen torre en blijft er speur! Wat uur, hoe late is 't wel, aan den tijd? De zonne en zie 'k niet: slaapt of waakt het wekkerspel? Hier en daar een' plekke boenend, zit de zonne in 't duister veld; rood, gelijk een oud versleten stuk ongangbaar kopergeld.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek