Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 juni 2025


Is de aarde echter nog goed, dan kan men toch den regenworm niet dulden, daar hij, door de gangen, die hij in de aarde boort, de wortels beschadigt en daardoor schade veroorzaakt. Ook wil het vaak voorkomen, dat het gietwater door deze gangen wegloopt, voordat het de aarde behoorlijk heeft kunnen bevochtigen.

Hiertoe doet men, na de noodige drainage, slechts een weinig aarde in den pot. Men houdt dan den zaailing in den pot, dien men hierop met aarde vult en daarna, niet te vast, aandrukt. De verplante zaailingen moeten zoo spoedig mogelijk, in elk geval voordat zij gaan slap hangen, aangegoten worden en wel zoo, dat het gietwater al de aarde in den pot behoorlijk vochtig maakt.

Van veel belang is het, dat men bij het aandrukken van de aarde geen holen doet ontstaan, ze niet te vast en ook niet te los aandrukt. Laat men holen tusschen de aarde, of drukt men te los aan, dan loopt het gietwater dadelijk weg, zonder de kluit behoorlijk te bevochtigen. Heeft men te vast geplant, dan kunnen de wortels van vele planten slechts moeielijk in de aarde doordringen.

De grootste fout bij de ampels is gelegen in het gebrek aan een waterloozing. De spits, waarin een ampel meestal uitloopt, moet, evenals de bodem van een bloempot, doorboord zijn, zoodat het overvloedige gietwater dadelijk kan wegloopen.

Vooral met de knollen der Cyclamen moet men zeer voorzichtig zijn en er voor zorgen, dat geen gietwater in het hart der plant komt. De lucht wordt in de kamers, waarin nu reeds geregeld gestookt wordt, zeer droog; het is daarom nuttig de Palmen en andere bladplanten herhaaldelijk met een sponsje en lauw water af te wasschen.

Hierna wordt het bakje met aarde gevuld en deze gelijk gemaakt. Wil men het doorlekken van het gietwater geheel of zoo goed als geheel voorkomen, dan wordt op de scherflaag nog een laag grove turfstrooisel gelegd van een paar vingers dikte.

Zijn de planten na het verpotten goed doorgegroeid, zoodat men kan veronderstellen dat zij talrijke wortels langs den potwand hebben gemaakt, dan brengt men om den stam heen een weinig aarde, waardoor nu het bovenvlak eenigszins naar buiten toe afhelt. Dit is noodig, omdat nu de buitenkant van de kluit het meeste uitdroogt en het gietwater zoodoende daarheen geleid wordt.

Door de vochtigheid ontwikkelt zich daar ook mos op; bevat het gietwater kalk, dan wordt de oppervlakte langzamerhand wit. Ook dit moet minstens twee keer per jaar verwijderd worden. Men bedient zich hiertoe van een etiquetje, dat men dun afsnijdt en waarmede het bovenlaagje der aarde zoo zuinig mogelijk afgeschrapt wordt.

Wil men dergelijke fraaie potten toch gebruiken, dan gaat dit zeer goed, wanneer men de plant in haar oorspronkelijken pot laat staan en ze daarmede in den fraaieren zet. Het is echter zaak, dan eerst een paar steentjes of stukjes hout in den buiten pot te leggen, om daar de plant op te zetten, daar deze anders licht in het doorgeloopen gietwater komt te staan.

Het te gebruiken gietwater moet een temperatuur van ongeveer 65° Fahr. hebben. De scheuten beginnen zich nu krachtig te ontwikkelen en spoedig worden de eerste bloemknoppen zichtbaar. Zoodra het laatste het geval is, kan men de planten eens per week gieren, ten einde den groei nog wat te bevorderen en zoodoende groote, volkomen gaaf ontwikkelde bloemen te verkrijgen.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek